Algemeen Ouderschap Algemeen Ouderschap

Algemeen Ouderschap

Lees ook op

Psycho-sociale screening op de basisschool - het vervolg


Naar laatste reactie
Dit forum topic is gesloten, er kan niet meer gereageerd worden.

Een bezwaar tegelijk

Tsjor:"Mirjam, je vergelijking met het CB-onderzoek loopt op één belangrijk punt mis en dat is dat het CB ouders uitnodigt om naar het comuslatieburo te komen."
Precies. De vorm is onmiskenbaar verkeerd. Als SDQ onderzoek over gezondheid gaat (en dat is de claim) dan heeft dat niks te zoeken bij leerkrachten, behalve onder strenge voorwaarden.
Het onderzoek zelf heeft ook allerlei twijfelachtige kantjes, maar die aantekeningen kun je in hoge mate ook maken bij standaard CB onderzoek.
tsjor:"Een 'check-up voor geestelijk welbevinden is overigens bij mij nog niet in de bus gevallen. "
Maar zodra de veronderstelling ontstaat dat zo'n check-up gezondheidswinst oplevert, dan komt die er wel. Die veronderstelling bestaat over kinderen. Net zoals de veronderstelling dat vervolgonderzoek bij het CB helpt. Het is hetzelfde. Het is niet ineens iets anders omdat het over geestelijke dingen gaat.
Juist de overeenkomst, het is ook gezondheid, maakt het bezwaar eenvoudig te verwoorden: Je laat het CB onderzoek ook niet door leerkrachten uitvoeren. Omdat ze daar niet toe geschoold zijn. Omdat het om gegevens over gezondheid gaat waarover leerkrachten niet zomaar over mogen beschikken.
Het hoort er niet thuis. Dat zegt de wet al.
De uitzondering is die situatie dat er werkelijk wat aan de hand is en informatie van de leerkracht over de leerling noodzakelijk is voor het uitvoeren van onderwijs. Dat is alleen het geval als er onderwijszorgindicaties nodig zijn.
Meer algemene bezwaren tegen dit soort testjes en de Libelle kwaliteit ervan, zijn een zij-discussie.
Groet,
Miriam Lavell

Beschikbaarheid

De libelle verwijst niet zozeer (of ik bedoel het niet alleen maar) naar kwaliteit, maar vooral ook naar de wijze waarop je 'de bevolking' informeert, waardoor problemen eerder gesignaleerd worden. Door de Libelle (of iets soortgelijks) kan iedereen het ideale gewicht uitrekenen, waardoor mensen zelf kunnen zien of ze te zwaar. Wat hier lijkt te gebeuren is dat bepaalde kennis (die wel beschikbaar zou zijn en ook nog tamelijk eenvoudig toepasbaar) in feite achtergehouden wordt. Ik neem de pretentie van het onderzoek dan zeer serieus.

Wat jij 'vorm' noemt deel ik, alleen probeer ik te onderbouwen dat aandacht voor die 'vorm' van belang is, een dan niet zomaar omdat ouders weer gaan roepen dat 'de privacy' in gevaar komt en anderen als tegenargument geven dat het belang van het kind boven privacy gaat en dat 'wij' (professionals) anders niet kunnen werken.

Tsjor

Primavera

Primavera

30-01-2010 om 15:30

Aanvullende signaleringslijst

Voor zover ik begrepen heb zou de SDQ gebruikt worden als aanvullende signaleringslijst. slechts
een minderheid van de kinderen bij wie de JGZ een psychosociaal probleem signaleert, blijken ook een verhoogde score op de SDQ te hebben. . Zie http://www.ggdkennisnet.nl/kennisnet/uploaddb/downl_object.asp?atoom=30727&VolgNr=3
Het is een instrument om extra gevallen (vooral lichte op te sporen) zodat het plaatje van tot kinderen hebben psycho-sociale problemen beter klopt. De vraag is moet daar nu zoveel geld in gestopt worden? Wat doen ze met het evengrote persentage van vals positieven? Worden die eruit gefilterd en hoe dan of krijgen die ook een preventief programma door de strot gestouwd? Heeft het uberhaubt zin om alle lichte gevallen te behandelen of komt het bij de meeste vanzelf wel weer op z'n pootjes terecht? Veel scholieren vroeg of laat komen wel eens te laten, spijbelen wel eens en zijn op een gegeven moment betrokken bij kleine jatterijen uit winkels (meestal snoep e.d.) Verreweg de meeste daarvan zijn uiteindelijk niet het criminele pad opgegaan, hebben gewoon fatsoenlijk werk gevonden, meestal hun scholing toch afgerond en houden zich na wat jeugdzonden tamelijk braaf aan de regels. Moeten die kinderen nu allemaal een cursus krijgen en hun ouders een oudercursus of heeft het meer zin om het geld te besteden aan de zeker hulp behoevende zware gevallen die allang bekend zijn?
Er is nu eenmaal geen geld en mankracht genoeg om alles en iedereen wat op een gegeven moment naar een probleem riekt te behandelen. Alleen al het opsporen kost zo ongeveer het hele beschikbare budget en voor werkelijke hulp is er vervolgens niks meer beschikbaar.
En dan is het nog maar te hopen dat deze signaleringslijsten correct worden gebruikt. In het onderzoek tussen de verschillende signaleringslijsten staat duidelijk dat als men alles gaat tellen wat eventueel op een probleem kan duiden dus verhoogde score en/of score in een bepaald probleem gebied je een foutmarge krijgt van liefst 25% die ten onrechte als vals positief wordt bestempeld. De getallen die in het bericht van Trouw worden aangehaald stellen me somber, daar presteerden ze het om met de vragenlijst maar liefst tien keer zoveel kinderen te selecteren dan er uiteindelijk werkelijk aan voldeden. Dat doet mij denken aan een vragenlijst waarbij een afkappunt wordt gehanteerd zodat de potentiële missers nul zijn ten kosten van 90% incorrect gesignaleerde kinderen. Een verkeerd gebruik, waardoor het allemaal eigenlijk een grote heksenjacht wordt.
Verder vraag ik me af wat er vervolgens met die gegevens gebeurd. Staan die ergens in een dossier, een EKD??? Hoelang staan die daar, heb je inzage, wie heeft er inzage, kun je de gegevens eventueel laten wissen of corrigeren of loop je het risico dat het later in je leven plotseling tegen je wordt gebruikt? "Ja je had toen ook al een verhoogde score op de signaleringslijst" en probeer dan maar eens te bewijzen dat je één van de vele vals positieven was, die ze echter nooit uit de dossiers gehaald hebben.
Groeten Primavera

Verwijsindex

In dit artikel (2004) kun je lezen welke 'problemen' de politie tegenkomt bij het identificeren van probleemjeugd. http://www.websitevoordepolitie.nl/archief/jeugdige-veelplegers-in-beeld-antecedenten-tellen-te-grofmazig-om-jonge-boefjes-te-identificeren-179.html
Het artikel laat mooi zien hoe van het een het ander komt, de definitie verschuift en uiteindelijk zelfs het getuige zijn van een vechtpartij je op een aantekening kan komen te staan waarmee je eerder boven zult drijven als een mogelijk probleemgeval.
Hier http://www.cbpweb.nl/Pages/adv_z2009-00970.aspx vind je het laatste advies van het CBP over de verwijsindex.
En hier http://www.justitie.nl/actueel/nieuwsberichten/archief-2009/91222twaalfminners-standaard-naar-jeugdzorg-na-plegen-delict.aspx?cp=34&cs=578 nog een plan.
Die drie dingen hebben onlosmakelijk met elkaar en met deze SDQ screening te maken. Het moet allemaal eerder leiden tot zorgsignalen (vewijsindex) en ingrijpen door BJZ. Dit alles om het in het eerste artikel genoemde 'probleem' het hoofd te bieden. Vervelende kinderen vinden die nu nog onzichtbaar blijven.
Tsjor:"en dan niet zomaar omdat ouders weer gaan roepen dat 'de privacy' in gevaar komt en anderen als tegenargument geven dat het belang van het kind boven privacy gaat en dat 'wij' (professionals) anders niet kunnen werken."
Nou ja, het mag niet van de wet. En dat is een wet die niet zomaar veranderd kan worden door Nederlandse ministers. Professionals zullen het werkelijk anders moeten doen.
Zie mijn eerdere verwijzing naar dat stuk in Binnelandsbestuur over de Halt registratie. Dat de politie de gegevens misbruikt is geen doembeeld, maar een reëel probleem. Ze doen het echt. Willens en wetens de wet overtredend desnoods. En niet alleen bij kinderen.
http://www.nrc.nl/binnenland/article2470009.ece/Bewaren_kentekens_door_politie_onwettig
Groet,
Miriam Lavell

Tinus_p

Tinus_p

30-01-2010 om 17:47

Vals-positieven

Tsjor:
"Daar zitten twee problemen aan vast:"
Ik wil er graag een derde aan toevoegen: De enorme onbetrouwbaarheid van zulke testen (in jargon: problemen met de sensitiviteit, de specificiteit, en daarmee met het grote aantal vals-postieven en vals-negatieven).

Kentekens

Het blijft toch merkwaardig, die zorg om het bewaren van gegevens over de auto (kenteken, maar ook gegevens over waar je bent geweest). Als we nu eens net doen of kinderen een Ford Mondeo zijn. Zou dat helpen voor de discussie?

Tsjor

Geestelijk

Mirjam: 'Het is niet ineens iets anders omdat het over geestelijke dingen gaat.'
Even terug naar het CB dan. De groeilijn is een lijn die en gemiddelde aangeef met de acceptabele marges. Afwijkingen daarvan kunnen nog gecompenseerd worden door te kijken naar de lengte van de ouders. Afwijkingen buiten die lijn die niet verklaarbaar zijn zijn zorgelijk en vragen om aandacht en zorg. Die groeilijn is voorspelbaar. Dat is allemaal te volgen.

Maar nu op geestelijk gebied. Hoe verlegen kan een kind zijn, hoe 'stoer' of a-sociaal? Hoe introvert en hoe extravert? Het eigen karakter van het kind is niet 1-2-3 afleesbaar van het karakter van de ouders, ook al zijn veel dingen herkenbaar. Wanneer grijp je in in iemands psycho-sociale ontwikkeling? Kinderen ontwikkelen zich en ze ontwikkelen zich mede door ervaringen die ze opdoen, zowel positieve als negatieve ervaringen. Wat een kind meeneemt is volgens mij nauwelijks voorspelbaar. De marge waarin het kind zich kan ontwikkelen is niet af te tekenen op een lijn. Levensverhalen van volwassenen laten zien dat kleine dingen grote negatieve gevolgen kunnen hebben en grote dingen juist opbouwend en vormend kunnen zijn.
En dan is bij geestelijk leed altijd nog van belang in hoeverre het leed ook ervaren wordt als leed. Iemand kan een geïsoleerd bestaan leven en daar gelukkig in zijn. Er is dus geen dikke lijn met marges. Er is eigenheid, er zijn kansen en risico's en er zijn ervaringen die maken dat mensen mensen worden.
Op het gebied van het geestelijke is het streven naar een gemiddelde dodelijk voor het mens-zijn.
In een ander draadje geeft Stoepkrijt de reactie van har dochter als juf en moeder praten over de sociale vaardigheden van het meisje en de eventuele noodzaak van een cursus: "Bij iedere cursus die je me aanbiedt, geef je me het gevoel dat ik niet goed genoeg bent zoals ik ben. Laat me zijn wie ik ben, ik wil niet leren om van me af te bijten."
Waarmee ze natuurlijk direct de noodzaak van de cursus en het gebrek in de analyse aantoont. Maar het moet ons tot nadenken zetten dat 'we' het beschermen van het eigen 'ik' en de eigen ontwikkelingsmogelijkheden inmiddels aan kinderen zelf overlaten, omdat 'we' zelf te druk zijn met het gemiddelde.

Tsjor

Genieten

(niet lezen als je niet van filosofie houdt)

Wie even de tijd wil nemen op een mooie zondagochtend om wat te lezen en te genieten van een schitterende analyse:
http://www.trouw.nl/opinie/letter-en-geest/article2975399.ece/De_banaliteit_van_de_manager_.html
De woorden verwijsindex, jeugdzorg, prokid, etc. komen er niet in voor, maar de analyse kan probleemloos op ontwikkelingen in deze sector worden gelegd.
Ik heb niet de behoefte om tegen manager aan te schoppen (nou ja, niet altijd). Wat ik in de analyse herken is de vraag: hoe komt het dat iets wat in eerste instantie goed is door op zich nog wel motiveerbare behoefte aan verbetering in kwaad en ellende kan veranderen. Bureaucratisch kwaad noemt Govert Buijs het.

Hij geeft drie elementen aan die bij verwaarlozing een organisatie kunnen vergiftigen: domeinbesef, zuivere taal en interne motivatie.
Als je met die bril het onderhavige vraagstuk bekijkt zie je wat er gebeurt:
- het domeinbesef: de vragenlijst vervuilt in feite het domein van zowel het onderwijs als de ouder-kindrelatie als de GGD zelf. Men weet eigenlijk niet meer wat men aan het doen is, waar het vandaan komt, waar het voor dient en wat de gevolgen ervan zijn. Die domein-onzekerheid lijkt mij binnen het onderwijs het grootste, waardoor het onderwijs gemakkelijk in handen kan vallen van prooizoekers (ik volg de analyse van het artikel even): wetenschappers en semi-wetenschappers, materialenontwikkelaars en zelf-benoemde goeroe's die een eigen taal creëren binnen die domein-onzekerheid waarin de suggestie ligt van een nieuw,zinvol en samenhangend domein en het besef wegvalt dat het drijfzand is, dat het eigen domein opvreet.
- zuivere taal: de taalverwarring ontstond al bij het eerste persbericht: in krachtige, beloftevolle grote woorden werd het project gelanceerd, maar bij de eerste confrontatie met die woorden wordt het teruggetrokken: de pers heeft het niet begrepen, de lezers hebben het niet begrepen, tot je uiteindelijk bij de vraag komt of de mensen het zelf wel begrepen hebben en hoe het dan komt dat het niet in een verstaanbare taal overdraagbaar is. Goede bedoelingen wil iedereen wel snappen.
- interne motivatie: wie doet wat en waarom; en vooral ook: hoe zijn ieders motieven op elkaar afgestemd? De inzetters van het project komen uit een geheel andere hoek dan de dragers en de uitvoerders. Bij elke participant zou je zorgvuldig moeten nagaan wat de interne motivatie is om mee te doen. Deze motivaties zijn nu in elk geval niet op elkaar afgestemd, waardoor je wrijving krijgt.

Is het erg allemaal? Ja, het is erg. Alle sector die genoemd worden in het artikel kennen voorbeelden van goedwillende mensen die afschuwelijk vermaald worden. Eén klein voorbeeldje kan hier de analyse van Ellen Wouters zijn over de dichotomie tussen studenten en docenten op een HBO: beiden kunnen elkaar niet terugvinden. Voor dit projekt: het zal je maar gebeuren dat je op een onverwacht moment als ouder ontdekt dat er ergens iets staat over jouw kind dat een negatieve aantekening geeft, zonder dat je weet wie de gegevens ingevoerd heeft, wat voor bewerking erop losgelaten is en wie het resultaat in handen heeft (de ontwikkeling van digitale domeinen is daarbij een extra complicerende factor volgens mij).

Er worden in het artikel ook boeien uitgezet, welke kant het op zou moeten. Tien in totaal, ik noem er één van omdat die mij het meeste aanspreekt: nummer 7, Socius: aan de slag voor metgezellen: het besef dat je werkt met en voor gelijkwaardige medemensen met wie je een gedeelde waarde wil realiseren. En dan eindig ik met een citaat uit dat stukje: 'Noch manager, noch zorgverlener kan met een hiërarchisch dictaat even opleggen wat goede zorg is. Zorgverlening, zorgorganisatie én het managen daarvan worden vanzelf al anders, met dit elementaire gegeven voor ogen.'

Tsjor

Maakt niet uit

tsjor:"Maar nu op geestelijk gebied. Hoe verlegen kan een kind zijn, hoe \'stoer\' of a-sociaal?"
Het antwoord op die vraag maakt helemaal niet uit. De groeicurve en de controle daarop begeeft zich _óók_ op het pad van de verantwoordelijkheid van ouders. Je kunt er qua effectiviteit en doelmatigheid en toepasbaarheid (vals positieven) dezelfde vraagtekens bij hebben. Dat mag ook. Of althans, dat zou moeten mogen omdat het over gezondheid gaat en gedwongen behandeling alleen onder bijzondere omstandigheden mag.
Het probleem zit niet in de test zelf of het geloof erin, maar in de wijze waarop het geloof daarin institutioneel als onontkoombaarheid wordt opgelegd. Op de vorm dus.
Het is een vorm die van de vals positieven waar tinus het over heeft, potentiele crimenelen maakt.
Dat dat gebeurt is een feit, zie dat artikel in Binnenlandsbestuur. Kinderen die een Halt maatregel opgelegd hebben gekregen worden door die aantekening aangemerkt als crimineel, kunnen niet solliciteren, terwijl zich ook onder hen 'vals positieven', namelijk feitelijk onschuldigen bevinden. Er is geen rechter aan te pas gekomen.
Het is 'waar rook is is vuur'. Die SDQ vragenlijst is een nieuwe rookdetector onder het motto 'beter tien teveel in de verdachtenbank dan een te weinig'.
Maar de GGD Amsterdam zal zich voor die uitwas van wat men begint, niet verantwoordelijk voelen. Zij hebben het over gezondheid en wat goed is voor kindjes.
Prima, dan hebben we het daar over. Dan is die SDQ lijst gezondheid en dan mag ie niet op school door school bij iedereen worden afgenomen, want school mag niet over die gegevens beschikken.
In werkelijkheid ontstaat dit soort geneuzel over geestelijke dinges, sociaal-emotionele ontwikkeling, juist omdat men op twee gedachten hinkt. Geestelijke gezondheid is niet echt gezondheid, meent men. Daarom mogen leerkrachte zich er best mee bemoeien. En als dat het standpunt is, dan valt het plan voor die SDQ lijst compleet in het water.
Want als het eigenlijk nergens over gaat, wat moet de GGD er dan mee?
Groet,
Miriam Lavell

De wet

Voor alle duidelijkheid de wet er nog maar eens bijgehaald: WGBO art. 446 lid 2a:

'Onder handelingen op het gebied van de geneeskunst worden verstaan:
a.alle verrichtingen - het onderzoeken en het geven van raad daaronder begrepen - rechtstreeks betrekking hebbende op een persoon en ertoe strekkende hem van een
ziekte te genezen, hem voor het ontstaan van een ziekte te behoeden of zijn gezondheidstoestand te beoordelen, dan wel deze verloskundige bijstand te verlenen;'

Oh ja, en het is dwingend recht, dus je kunt jezelf er niet onderuit kletsen. Convenanten sluiten, afspraken maken voor pilots, dat helpt allemaal niet.

Tsjor

Reageer op dit bericht

Dit forum topic is gesloten, er kan niet meer gereageerd worden.