Het forum van Ouders.nl is een online community waar iedereen respectvol met elkaar omgaat. Het forum is er voor ouders met vragen over opvoeding, ouderschap, ontwikkeling, gezondheid, school en alle andere dingen die je als ouder tegenkomt in het leven.
24 november 2006 door Sanderijn van der Doef
Onze zoon is 18 jaar en heeft al heel wat vriendinnetjes gehad. Toch maakt hij deze verkeringen steeds zomaar weer uit. Momenteel is hij stil en teruggetrokken. Vrienden heeft hij bijna niet; het zijn allemaal meisjes en die vinden hem allemaal te gek. Hij zegt dat deze relaties hem benauwen.
Ik maak me zorgen of hij soms aan het ontdekken is dat hij homofiel is. Hoe kan ik hier met hem over praten zodat hij weet dat wij er geen probleem mee hebben?
In de puberteit beginnen kinderen (of beter: jongeren) na te denken over hun seksuele identiteit. Dan gaan ze voor zichzelf bedenken of ze aangetrokken worden tot het andere geslacht of misschien toch meer tot hun eigen geslacht.
De meeste jongeren weten al vanaf het begin heel zeker waar ze staan, en twijfelen niet over hun seksuele identiteit of voorkeur. Een minderheid weet het echter lange tijd niet zeker, en twijfelt.
Uit onderzoek van de Rutgers Nisso Groep (kenniscentrum voor seksualiteit) weten we dat de meeste volwassen homoseksuelen in hun puberteit eerst geëxperimenteerd hebben met leeftijdgenoten van het ándere geslacht. Meestal worden pas daarna de eerste – relationele en seksuele – stappen met iemand van het eigen geslacht ondernomen.
Het gedrag van uw zoon zou inderdaad kunnen betekenen dat hij in verwarring is over zijn seksuele identiteit, zoals u zelf vermoedt. Maar daar zal hij zelf uit moeten komen.
Een manier waarop u hem kunt steunen, is door er in ieder geval voor te waken dat u – of andere leden van het gezin – negatieve opmerkingen over homoseksualiteit maken, bijvoorbeeld naar aanleiding van iets op tv of in de krant. Zo'n negatieve opmerking is vaak eruit geflapt voor iemand er erg in heeft, maar komt wel keihard aan bij een puber die vermoedt dat die zelf misschien homo is.
Daarnaast kunt u best eens langs uw neus weg opmerken dat u het als moeder helemaal niet erg zou vinden als een van uw kinderen homoseksuele gevoelens zou hebben. Het beste is om dat te doen in de vorm van een algemene opmerking, over andere ouders. Bijvoorbeeld: "Ik snap niet dat er ouders zijn die boos worden, of moeilijk gaan doen, als hun kind laat weten homoseksueel te zijn" (of: "... als hun zoon vertelt dat hij op jongens valt"). "Als mij dat zou gebeuren, zou mij dat niets uitmaken; ik zou nog evenveel van mijn kind houden".
Maar let op: niemand weet of uw zoon daadwerkelijk homoseksuele gevoelens heeft. U niet, en ik ook niet. Voor het zelfde geld kan het zijn dat hij ooit door een meisje is afgewezen, of dat hij is gekwetst, of dat hij liever nog geen seks wil terwijl al zijn vriendinnen dat wel willen, etc.
Kortom: ik kan u echt niet zeggen waar zijn gedrag nou precies vandaan komt. Dus ook niet of hij nu wel of niet homofiele gevoelens heeft. Maar dat er iets aan de hand is, dat lijkt me wel duidelijk. Daarom kunt u zich in eerste instantie het beste dáárop richten.
U kunt bijvoorbeeld zo nu en dan eens bij hem te gaan zitten, om te vragen of u hem ergens mee kunt helpen. "Is er iets? Kan ik je helpen? Of kan iemand anders helpen?" Vertel hem dat u liever ziet dat hij gelukkig is, en dat hij altijd bij u terecht kan als er iets is.
Vanzelfsprekend kan ik u niet garanderen dat uw zoon ook echt gaat praten, als u hem daartoe uitnodigt. Er kunnen immers tal van redenen zijn waarom hij zijn mond dicht blijft houden, variërend van schaamte tot angst voor de gevolgen.
Maar: als zijn zwijgzaamheid te maken heeft met eventuele homoseksuele gevoelens, dan zal het voor hem tóch fijn zijn als u ooit eens heeft gezegd dat u het allemaal niet erg vindt. Dat soort opmerkingen blijft toch hangen.
is als psychologe en seksuologe gespecialiseerd in de seksuele ontwikkeling van kinderen. Ze werkte eerder bij de Rutgers Stichting en het NIGZ en werkt nu sinds kort bij de World Population Foundation. Zij heeft ook een eigen praktijk. Daarnaast is zij ook op andere fronten actief. Onder andere: als auteur van boeken en lesmappen, als adviseur voor tv-programma's, etc.