Het forum van Ouders.nl is een online community waar iedereen respectvol met elkaar omgaat. Het forum is er voor ouders met vragen over opvoeding, ouderschap, ontwikkeling, gezondheid, school en alle andere dingen die je als ouder tegenkomt in het leven.
30 augustus 2001 door Nanny Gortzak
Mijn dochtertje Elsa is 3 maanden oud, en sinds twee weken werk ik weer. Ik geef Elsa volledige borstvoeding, en hoop dat minstens 6 maanden vol te houden. Als ik op mijn werk ben, kolf ik dus.
Elsa krijgt meestal maar 1 borst per keer. Daar heeft ze blijkbaar genoeg aan, want vaak wil ze een tweede borst niet, ook al bied ik die haar aan. Op mijn werk kolf ik wel beide borsten, en dat doe ik twee keer.
Nu is het mij opgevallen dat er uit de tweede borst minder melk komt dan uit de eerste. Van de eerste 'kolfsessie' kan ik me dat ook wel voorstellen; Elsa krijgt 's ochtends om 7 uur een borst, en als ik dan om 11 uur kolf, is een van beide borsten al 12 uur 'niet leeggemaakt'. Daar haal ik dan ook makkelijk 200 cc uit. De andere geeft niet meer dan 100 cc (of zelfs maar 80).
's Middags begin ik met de borst die ik 's ochtends het laatste heb gekolfd, en die geeft dan ook altijd duidelijk meer dan de andere. Het maakt niet uit of ik 's ochtends begin met rechts of met links, de een geeft meer dan de andere, en 's middags is het precies andersom (maar altijd geeft de eerst gekolfde borst meer).
Kan het zijn dat de toeschiet-reflex bij de tweede borst niet meer (of minder) werkt? Of ben ik gewoon te ongeduldig en moet ik langer doorgaan met kolven? Ik kolf ongeveer 10 minuten per borst (Elsa is meestal binnen 5 minuten voldaan, en groeit verder goed), en ik stop als ik niks meer uit de borst krijg (ik gebruik een ISIS kolf).
Wanneer iemand ervoor kiest om te kolven, is het altijd even uitproberen wat het beste werkt. Het antwoord dat ik hieronder geef, hoeft dus niet per se van toepassing te zijn op uw situatie. De informatie is echter wel gebaseerd op de ervaring van veel verschillende moeders.
U schrijft dat uw dochtertje steeds één borst per keer drinkt. Het kan dan ook heel goed zijn dat bij de eerste keer kolven van de borst waaruit niet gedronken is, de opbrengst flink hoger kan zijn dan de andere borst. U schrijft ook, dat u dit merkt tijdens de kolfsessie op uw werk.
Als u tijd en zin heeft, zou u kunnen proberen de borst waaraan uw dochtertje niet drinkt in de ochtend, te kolven. Dat kan na de voeding, maar veel vrouwen doen dit tegelijkertijd.
Het voordeel van tegelijkertijd drinken en kolven is dat u dan gebruik maakt van de toeschiet-reflex die uw dochtertje opwekt tijdens het drinken. Op die manier voorkomt u dat de tweede borst overvol raakt, wat een vervelend gevoel kan geven. Bovendien wordt deze borst dan niet na twaalf uur, maar al na acht uur gestimuleerd om melk aan te maken. Hoe leger de borsten zijn, hoe meer melk ze aanmaken, wat door deze extra kolfbeurt leidt tot een hogere kolf-opbrengst.
Tijdens de eerste kolfsessie op uw werk, kunt u beide borsten dan een gelijke behandeling geven. Het verschil in opbrengst zal kleiner zijn, maar in totaal met de ochtend kolfsessie erbij, zal het niet minder zijn.
U schrijft dat u elke borst tien minuten kolft, tot er niets meer uit komt. Dat is op zich een goed idee. Wat u zou kunnen proberen, is om na die tien minuten aan elke kant, of wanneer de melkstroom stopt, nogmaals terug te gaan naar de eerste borst en deze opnieuw te kolven voor een paar minuten.
Wanneer ook hier weer de melkstroom stopt, dan kunt u weer naar de tweede borst wisselen met kolven.
U kunt met dit wisselen doorgaan totdat er niets meer uit de borsten komt na opnieuw aanleggen van de kolf. Zo krijgt elke borst de kans een paar keer toe te schieten, zoals ook tijdens een voeding gebeurt.
Als u inderdaad in de ochtend al gekolfd heeft, dan kan het zijn dat de borsten al eerder dan na tien minuten leeg lijken te zijn. Door dan een paar keer van borst te wisselen waardoor de borsten nogmaals toeschieten, is de totale kolftijd toch nog lang genoeg om de borsten goed leeg te maken en te stimuleren voldoende melk aan te maken.
Op deze manier hoeft u zich geen zorgen te maken dat u niet lang genoeg kolft.
is lactatiekundige IBCLC.