Het forum van Ouders.nl is een online community waar iedereen respectvol met elkaar omgaat. Het forum is er voor ouders met vragen over opvoeding, ouderschap, ontwikkeling, gezondheid, school en alle andere dingen die je als ouder tegenkomt in het leven.
20 maart 2002 door Mieke Beers
Onze zoon van 23 maanden begrijpt al veel en zegt wat een-lettergrepige woorden. Maar als hij andere dingen duidelijk wil maken, lijkt hij wel te slissen. Zou dit te maken kunnen hebben met een te korte tongriem?
Uw zoon is op een leeftijd waarop het nog moeilijk is om klanken heel precies uit te spreken. Slissen kan dus goed voorkomen op deze leeftijd.
In de woordjes die hij kan zeggen, gebruikt hij waarschijnlijk al veel verschillende klanken. Toch zal de uitspraak van veel klanken nog niet stabiel zijn. Dat komt doordat het uitspreken van klanken een precieze afstemming vereist van de verschillende mondspieren, de tongspieren en de kaakstand.
Sommige klanken (waaronder P, M, H en W) zijn eenvoudiger uit te spreken dan andere. Tot op de leeftijd van 4 jaar kan een kind nog moeite hebben met het precies uitspreken van bijvoorbeeld de S, de L en de R.
Wanneer er sprake is van bijkomende problemen, zoals een te korte tongriem, dan zal het uiteraard lastiger worden om de juiste uitspraak te leren.
Dat geldt vooral bij klanken waarbij de tong heel precies geplaatst moet worden, zoals bij de S, de Z, de T en de D. De tongpunt moet zich dan verheffen en tegen de bovenrand van de tanden geplaatst worden.
Als de tongriem te kort is, lukt dat niet, en zal de tong tussen de tanden doorglippen. De lucht ontsnapt dan via de zijkanten van de tong en hierdoor ontstaat het slisgeluid.
Slissen komt echter ook voor wanneer de tongspieren te slap zijn. Om in dat geval de tongspieren te versterken, zijn er verschillende oefeningetjes mogelijk, zoals:
Let echter wel op dat bij een te korte tongriem deze oefeningen te moeilijk zullen zijn. Als een te korte tongriem het spreken in de weg blijft staan, is het verstandig om hierover contact op te nemen met de huisarts, om na te gaan wat eraan gedaan kan worden.
is klinisch linguïst, gespecialiseerd in fonologische ontwikkelingsproblemen, en werkzaam op het Audiologisch Centrum van de Afdeling KNO van het LUMC - Leids Universitair Medisch Centrum.