Het forum van Ouders.nl is een online community waar iedereen respectvol met elkaar omgaat. Het forum is er voor ouders met vragen over opvoeding, ouderschap, ontwikkeling, gezondheid, school en alle andere dingen die je als ouder tegenkomt in het leven.
18 maart 2005 door Ellen Gerrits
Mijn zoontje is 5 maanden oud en heeft een gehoorverlies van 70/80 decibel. Hij heeft nu een gehoorapparaat, reageert op bijna alle geluiden, en brabbelt veel. Hij heeft ook vocht achter zijn trommelvlies. Daar wordt hij nog voor behandeld.
Mijn vraag is: hoe zal het later met zijn spraak gaan? Zal hij kunnen praten?
Een gehoorverlies van 70/80 dB (decibel) wordt een ernstig gehoorverlies genoemd. In dit antwoord ga ik ervan uit dat dit gehoorverlies is vastgesteld door een audioloog in een Audiologisch Centrum, met objectieve gehoortests die geschikt zijn voor heel jonge kinderen. Daarnaast neem ik aan dat er sprake is van een gehoorverlies aan beide oren en dat uw zoontje ook aan beide oren hoortoestellen draagt.
Uw zoontje zal inderdaad kunnen praten, maar het is moeilijk te voorspellen hoe goed zijn taalontwikkeling zal verlopen.
Zijn gesproken-taalontwikkeling zal waarschijnlijk later starten dan die van zijn horende leeftijdsgenootjes, en kán vertraagd blijven. Heel positief voor zijn taalontwikkeling is echter het feit dat hij nu hoortoestellen gebruikt, waardoor hij zijn hoor-capaciteiten kan benutten.
Wanneer er vóór 6 maanden hoortoestellen in gebruik worden genomen, zoals bij uw zoontje, dan noemen we dat 'vroeg' in de ontwikkeling. Uit onderzoek is gebleken dat dit een positief effect heeft op de gesproken taalontwikkeling.
Een tweede pluspunt dat u zelf al noemde, is zijn luister-gerichtheid. Hij reageert nu al op de meeste geluiden, en ik verwacht dat hij ook zal reageren op uw stem, de melodie daarvan, en de klanken. Dit heeft eveneens een positief effect op zijn gesproken-taalontwikkeling.
Voor de ontwikkeling van de taal van uw zoontje hoeft u geen extra oefeningen te doen. Eigenlijk is het 't belangrijkst dat u gewoon tegen hem praat en brabbelt. Ook als u denkt dat hij het misschien niet goed hoort.
Kinderen leren veel taal als de ouders aansluiten bij iets wat hun belangstelling heeft. Wanneer het kind bijvoorbeeld met een auto speelt, of naar een auto wijst, kan de ouder dit verwoorden door te zeggen "Dat is een mooie auto." Of: "Wat kan die auto hard rijden zeg!" Of: "Ja, papa heeft ook een auto." Of: "Kijk, een auto," etc. Dit soort verwoorden is overigens iets wat ouders meestal automatisch doen.
Wat u wél kunt doen, ter ondersteuning van de communicatie, is gebruik maken van gebaren. Door gebaren te gebruiken terwijl u praat, kunt u uw zoontje helpen zijn omgeving te begrijpen. Het Audiologisch Centrum kan u hierin adviseren.
Voor het Nederlands is een gebarensysteem ontwikkeld dat 'Nederlands ondersteund met Gebaren' (NmG) heet. U kunt deze gebaren gebruiken in combinatie met het spreken.
Visuele communicatie is erg belangrijk voor kinderen met een gehoorverlies. Ook voor jonge baby's. Ze leven namelijk vaak in ruimtes waar veel omgevingslawaai is en dat maakt het extra moeilijk om te verstaan wat iemand zegt. De radio staat bijvoorbeeld aan, er rijden auto's op straat, er praten kinderen op de achtergrond, enzovoorts.
Wanneer moeilijk horende kinderen in dat soort rumoerige situaties ook een gebaar zien, is 'een half woord' genoeg om te begrijpen wat er gezegd wordt. Dit geldt natuurlijk ook voor normaal horende kinderen en volwassenen.
Uit onderzoek is gebleken dat het gebruik van gebaren bij het spreken de ontwikkeling van gesproken taal stimuleert. Baby's leren gebaren heel gemakkelijk. Vaak gebruiken ze al een paar gebaren voordat er een woordje wordt gesproken.
Hoe de taalontwikkeling van uw zoontje uiteindelijk zal verlopen, kan pas nagegaan worden als hij wat ouder is. Vanaf ongeveer 2 jaar. Op die leeftijd kan verwacht worden dat hij is begonnen met praten. Het Audiologisch Centrum zal u hierin begeleiden en adviseren.
is spraak-taalpatholoog en logopedist, en werkzaam als hoogleraar aan de Universiteit Utrecht.