1 januari 2000 door Nanny Gortzak
Mijn zoontje van 6 maanden krijgt tot nu toe volledig borstvoeding. Ik wil het graag nog een tijdje volhouden. Daarom kolf ik op mijn werk, 3 dagen per week, 2 x per dag.
Wat ik vreemd vind is dat de kolfproductie heel erg wisselt. Van 250 ml tot 120 ml 's ochtends, op hetzelfde tijdstip, in dezelfde omstandigheden, met dezelfde kolf (Medela Lactina), tot zelfs 50 ml 's middags.
Aan mijn zoontje merk ik intussen geen verschil, die krijgt blijkbaar wel steeds hetzelfde binnen. Of moet ik ervan uitgaan dat mijn zoontje als ik minder kolf ook minder nodig heeft? Doordat ik nu steeds op de 'magere dagen' de hoeveelheid aanvul met moedermelk uit de vriezer raakt de voorraad langzamerhand op.
Als mijn zoontje drinkt merk ik soms dat de melk een tweede keer lijkt toe te schieten, terwijl ik dacht dat hij al lang klaar was. Met kolven is dat een enkele keer ook zo. Moet ik dan maar stug door blijven kolven, ook als er niets meer komt? En hoe weet je dat je melk definitief terug begint te lopen?
U schrijft dat uw kolfproductie nogal wisselt en dat u aan uw zoontje geen verschil merkt. Eigenlijk ligt hierin al het antwoord op uw vraag:kolfproductie is niet per se hetzelfde als melkproductie.
Kinderen kunnen heel efficiënt drinken terwijl de moeder soms behoorlijk moet werken om een redelijke hoeveelheid te kolven.
De reden dat kolven per keer een verschillende opbrengst heeft, kan zijn dat je op sommige momenten niet voldoende ontspannen bent of je juist niet genoeg kunt concentreren. De omgeving is te koud, je hebt haast, er wordt op je gewacht, de telefoon ... Alles wat maar even een rustige kolfroutine kan verstoren kan van invloed zijn. Daarnaast merken veel vrouwen dat in de loop van de week de melkproductie wat minder wordt als gevolg van vermoeidheid.
Als een baby wat minder drinkt dan normaal tijdens een voeding, dan zal hij de volgende keer wat eerder om een voeding vragen. Je kunt dat met kolven ook doen: liever wat vaker en korter kolven dan minder vaak maar lang.
Een goede regel als je twee borsten tegelijk kolft is: kolf tien tot vijftien minuten of tot de melkstroom stopt. Als je ziet dat de melkstroom stopt, kun je soms met behulp van massage weer een toeschietreflex opwekken. Lukt dat niet meer, dan kun je stoppen met kolven.
Kolf je elke borst apart, dan kun je bijvoorbeeld een schema aanhouden van vijf minuten ene borst of totdat de melkstroom stopt, vijf minuten andere borst, dan weer de eerste borst en dan weer de tweede. Zo kun je doorgaan tot er geen melk meer uit je borsten komt.
Om uw slinkende melkvoorraad wat op te voeren kunt u overwegen een extra kolfsessie in te lassen op uw werk, of juist op de momenten dat u niet werkt. U kunt bijvoorbeeld een borst kolven in de ochtend en de andere aan uw zoontje aanbieden. Veel moeders kiezen ervoor om voor de nacht nog eens extra te kolven.
Zolang de melk uit de borsten wordt gehaald door voeden en of kolven,zal de melkproductie niet snel achteruit gaan. Er vanuit gaande dat er geen medicijngebruik of andere factoren zijn die hierop invloed hebben.
Als uw zoontje heel geleidelijk aan wat vast voedsel gaat eten, zal uw melkproductie op de lange duur wel gaan afnemen. Zolang de borstvoeding als eerste wordt aangeboden en ook niet teveel drinken naast de borst wordt aangeboden, kan de melkproductie nog lange tijd op hoog niveau blijven.
