14 september 2001 door Nanny Gortzak
Ik ben een vrouw van 20 jaar. Ik ben niet zwanger maar ik ben wel van plan zwanger te worden in de toekomst. Jammergenoeg heb ik last van ingetrokken tepels.
Ik weet dat er twee producten op de markt zijn voor ingetrokken tepels, namelijk de Medela Tepelvormers en de Nipplette van Avent.
Weet u of ik tepelvormers kan gebruiken, zonder dat ik zwanger ben? En als ik ze gebruik, of mijn tepels dan permanent rechtop zullen blijven staan? Ook hoop ik dat u mij kunt vertellen of er een verschil in kwaliteit is tussen beide producten? Er is zeker een verschil in prijs; de Medela kost ongeveer EUR 10,- en de Nipplette ca. EUR 50,-.
Ofschoon u nog niet zwanger bent, maakt u zich zorgen of u borstvoeding kunt geven. Daarover kan ik kort zijn: het antwoord daarop is ja. uitgaande van een gezonde baby die na de geboorte wil happen, kunt u borstvoeding geven.
Wel kan het nodig zijn om goede hulp te hebben bij het aanleggen van de baby. Een lactatiekundige, of een goede kraamverzorgster die ervaring heeft met vlakke of ingetrokken tepels, kan veel uitmaken in het succes tijdens de eerste aanleg-pogingen.
Ingetrokken tepels zijn tepels die niet naar buiten komen bij stimulatie (dat wil zeggen: kou of aanraking), maar juist naar binnen trekken. Dit naar binnen trekken tijdens stimulatie komt doordat de bindweefsel-strengetjes die in de tepel lopen, kort en stug zijn.
U kunt zelf nagaan of u ingetrokken tepels heeft. Daarvoor kunt u duim en wijsvinger ongeveer twee tot twee en half centimeter uit het midden van de tepelhof op uw borst leggen. U knijpt zachtjes in de borst. Komt er een tepel naar buiten, of blijven de tepels dan uit staan (als u altijd al verheven tepels heeft), dan heeft u géén ingetrokken tepels.
Als tijdens deze knijptest de tepels niet echt van vorm veranderen en de tepels steken niet uit, dan heeft u waarschijnlijk vlakke tepels. Alleen wanneer tijdens deze test de tepel naar binnen vouwt en er een kuiltje ontstaat, heeft u echt ingetrokken tepels. Soms zien tepels er vlak of ingetrokken uit, maar blijken ze na stimulatie wel uit te gaan staan.
Ingetrokken tepels hoeven geen belemmering te zijn voor de borstvoeding. Door de zwangerschap en door het geven van borstvoeding worden de tepels vaak wat flexibeler, zodat het probleem zich eigenlijk vanzelf wat oplost.
Sommige moeders merken per baby dat het aanleggen makkelijker gaat en de tepels meer naar buiten komen bij stimulatie en tijdens het voeden.
Het aanleggen bij ingetrokken tepels dient wel met zorg te gebeuren: u zult er in het begin hulp bij moeten hebben van iemand met kennis en ervaring (zoals een lactatiekundige of een vrijwilligster van een borstvoedingsorganisatie). Eventueel kunnen deze deskundigen u informeren over aanvullende maatregelen en hulpmiddelen.
Ik heb een tip voor iedereen die te maken heeft met vlakke of ingetrokken tepels.
Door de borst met één hand een beetje plat te duwen, zoals het samendrukken (met duim en vingertoppen) van een hamburger voor het nemen van een hap, kan de baby beter een flink stuk van de tepelhof in zijn mond nemen.
Wat voor vorm uw tepel ook heeft: de baby zal altijd ook een stuk tepelhof in de mond moeten nemen voor het optimaal legen van de borst.
In de laatste weken van de zwangerschap kan – na overleg met een arts of verloskundige – een niplette worden gebruikt. Ook tepelvormers kunnen in de laatste weken gebruikt worden, waarbij de draagtijd elke dag wat verlengd wordt.
Ná de bevalling kunnen tepelvormers ongeveer 10 tot 20 minuten voor een voeding gedragen worden, waardoor de tepel wat naar buiten gedrukt wordt. De baby kan dan makkelijker aanhappen.
Er zijn echter ook moeders met ingetrokken tepels die nooit een niplette of tepelvormer gebruiken en toch hun baby kunnen borstvoeden.
Ik heb geen ervaring met het gebruik van niplettes en tepelvormers voor esthetische doeleinden en kan u daarin dus niet raden. Wat ik wel weet, is dat (te) veelvuldig gebruik kan leiden tot irritaties van de tepelhuid. Ook dient de hygiëne van de tepelvormers en de niplette in acht genomen te worden.
In hoeverre het resultaat blijvend is, is afhankelijk van de stugheid van het bindweefsel in de tepels.
