Het forum van Ouders.nl is een online community waar iedereen respectvol met elkaar omgaat. Het forum is er voor ouders met vragen over opvoeding, ouderschap, ontwikkeling, gezondheid, school en alle andere dingen die je als ouder tegenkomt in het leven.
1 juni 2007 door Annelou de Vries
Mijn zoon van bijna 16 is op 10-jarige leeftijd seksueel misbruikt door een inwonende kennis. Dit heeft ongeveer een jaar geduurd. Na die periode zijn we gescheiden en verhuisd. Nu woont hij samen met zijn broer en mij (de moeder).
We hebben psychologische hulp gezocht, omdat mijn zoon dwangmatige gewoontes (voor het slapen) ging aannemen. Hij stelde de psychologische hulp echter niet op prijs en wilde er ook zo snel mogelijk mee ophouden.
Zijn tel-neurose is inmiddels gestopt, voor zover dat te controleren is. Maar nu ben ik erachter gekomen dat hij een bepaalde gewoonte weer heeft opgenomen die hij vlak na die vreselijk periode ook al had. Namelijk: in zijn kamer plassen. Ondertussen zegt hij zelf dat hij eigenlijk nergens last van heeft.
Achtergrondinformatie:
Dit lijkt me een lastig probleem, vooral ook omdat uw zoon zelf zegt dat hij nergens last van heeft en geen hulp wil.
U stelde zelf geen specifieke vraag, maar volgens mij zijn dat er twee:
Beide vragen zal ik hieronder proberen te beantwoorden.
Alhoewel het logisch lijkt dat iemand problemen krijgt nadat hij slachtoffer is geworden van seksueel misbruik (bij uw zoon bestaan de problemen uit dwanghandelingen), hoeft dit niet per se hierdoor veroorzaakt te zijn. Er kunnen ook andere oorzaken zijn. Letterlijk: oorzaken, in het meervoud.
In de kinderpsychiatrie is het vaak heel moeilijk om te spreken over één bepaalde oorzaak van probleemgedrag. Veel vaker gaat het om een complexe samenhang van meerdere dingen.
In dit geval gaat het dus om dwanghandelingen. Eerst tellen, nu plassen. Wat betekent dat eigenlijk? Dwanghandelingen zijn handelingen die iemand uit moet voeren omdat hij zich anders angstig en onrustig voelt, en gedachten krijgt dat er iets naars gaat gebeuren (dwanggedachten).
Iemand die last heeft van dwang, realiseert zich meestal wel dat de bijbehorende handelingen en gedachten eigenlijk niet reëel zijn. Vaak schaamt zo iemand zich er dan ook voor. En toch lukt het meestal niet om er zomaar mee te stoppen.
Hoe komt het dat iemand zoiets gaat doen? Eigenlijk weten we dat niet goed. Het lijkt erop dat sommige mensen geboren worden met een bepaalde kwetsbaarheid om dit soort klachten te ontwikkelen. Soms speelt het op in tijden van stress en spanning, maar het kan ook zijn dat er niets speciaals aan vooraf is gegaan. Bij dwang is dus vaak niet duidelijk waardoor het precies veroorzaakt wordt.
In dit geval was er ook sprake van seksueel misbruik. Heel veel slachtoffers hebben er nadien nog lang last van, maar er zijn ook mensen bij wie het heel goed lukt om hun leven min of meer probleemloos voort te zetten. Wederom weten we niet goed hoe dat komt. Maar het lijkt erop dat sommige mensen geboren worden met zoveel veerkracht dat zij, wat ze ook meemaken, geen psychische problemen ontwikkelen.
Kortom: het kán zijn dat uw zoon nog problemen heeft met het seksueel misbruik dat hij heeft doorgemaakt, en dat zijn plasgedrag een soort dwang is die daarmee te maken heeft, maar het hóeft niet.
Niet alleen de achtergronden moet je genuanceerd bekijken maar ook de hulp. Het lijkt logisch dat iemand met problemen hulp nodig heeft, maar kinderpsychiatrische of therapeutische hulp helpt niet altijd. Vooral bij wat oudere pubers, die zoiets absoluut niet willen – zoals uw 16-jarige zoon – lukt het niet altijd om met hulp iets te bereiken.
Is dat erg? Ik denk het niet. Tenzij iemand absoluut niet meer functioneert, en er ernstige psychiatrische problemen zijn, is het vaak beter om geen dwang toe te passen, en gewoon te wachten tot iemand zelf wil. Dat neemt echter niet weg dat het wél belangrijk blijft om jongeren te motiveren voor hulp. Het vinden van een kleine ingang is soms genoeg om de stap te kunnen maken.
Gelukkig gaat het op school wel goed met uw zoon, en verder lijkt hij ook redelijk te functioneren. Dat is al heel wat!
Als uw zoon geen externe hulp accepteert, wat kunt u dan zelf nog doen? Ik zal u een paar mogelijkheden geven.
Soms biedt de laatst genoemde strategie (het probleem op jezelf betrekken) een ingang voor een kind om alsnog te gaan praten. Het kan zijn dat uw zoon zich dan serieus genomen voelt, waarna hij alsnog externe hulp kan accepteren.
Maar soms werkt dit niet, en kan het kind gewoon blijven weigeren om hulp te aanvaarden. Dat is niet vreemd, omdat 16-jarigen al heel veel dingen zelf kunnen bepalen, en al behoorlijk op eigen benen kunnen staan. Het is dan de kunst om als moeder wel beschikbaar te zijn, maar je kind ook de nodige autonomie en eigen verantwoordelijkheid te geven. Zonodig kan een psycholoog u hiermee helpen.
Ik wens u succes!
Annelou de Vries is kinder- en jeugdpsychiater, en als zodanig werkzaam bij het VU Medisch Centrum te Amsterdam. Daarnaast werkt zij mee aan de opleiding voor kinder- en jeugdpsychiaters.