13 december 2001 door Joanna Sandberg

Door mijn ziekte stopte hij met puberen - wat moet ik doen? (14)

Toen mijn zoon 14 was, werd bij mij (moeder van 46) longkanker geconstateerd. Ik ben vorig jaar geopereerd en heb daarna vier chemo-kuren gehad.

Toen ik ziek was, is hij heel lief geweest. Hij stopte met puberen, kun je zeggen. Maar praten deed hij niet met me. Ik ben meerdere gesprekken begonnen maar hij reageert er erg gesloten op.

Is dit normaal voor zijn leeftijd? Kan ik een manier verzinnen om hem te laten praten? Of moet ik het er maar bij laten?

Antwoord

Het is voor veel pubers, overigens wel vaker voor jongens dan voor meisjes, moeilijk om over hun gevoelens te praten. U was ernstig ziek, uw zoon was heel lief en hij stopte met puberen.

Dit is heel normaal gedrag. Uw zoon hield veel rekening met u; hij zorgde voor u en liep niet weg voor de situatie. Op zich is dit adequaat gedrag.

Andere opties

Er zijn natuurlijk ook pubers die zich juist bij zo'n ernstige situatie lastig gaan gedragen, hetzij thuis of op school (of allebei). Ook zij zijn verdrietig en onmachtig, maar ze uiten dit door boos en opstandig gedrag.

De meeste jongeren kunnen zich in deze situatie niet goed concentreren op school (of werk); zij piekeren veel en slapen slecht.

Het puberteits-proces

Wat gebeurt er eigenlijk tijdens de puberteit? Het is de fase waarin jongeren zelfstandig worden, en zich los gaan maken van de ouders. Het is een proces van separatie en 'individuatie'.

Ouders en pubers krijgen meningsverschillen en soms leidt dat tot ruzies. Bijvoorbeeld over de huisregels, over vrije-tijdsbesteding, over normen, over politiek, enzovoorts.

De puber gaat zich gaandeweg meer richten op zijn peer-group, oftewel de groep waarin hij verkeert, bijvoorbeeld de vriendenkring. Autonomie wordt weliswaar belangrijk, maar het loslaten van de vertrouwde band met de ouders is tegelijkertijd nieuw en eng.

Ouder wordt ziek

Wanneer nu, in die periode van losmaking, een ouder ernstig ziek wordt, heeft dit een enorme invloed. Een jongen van 14 à 15 jaar zit middenin zijn puberteit, en wordt dan door de ziekte van zijn moeder geconfronteerd met haar eindigheid, met de mogelijkheid dat ze kan sterven. Dit werkt in op het proces van separatie en individuatie, en wel zodanig dat dat bijna onmogelijk of in ieder geval zinloos wordt. De ouder dreigt dat immers zelf te doen.

Tijdelijk moet hij dus stoppen met het losmakingsproces, en wordt de ziekte van de moeder – met de angst voor haar dood – het centrum van zijn gedachten en gedrag.

Zelfverdediging

Dit is natuurlijk een ingewikkeld proces, en de meeste pubers, zoals ook uw zoon, hebben dan een zelfverdedigingstrategie nodig om hun angstige gevoelens de baas te blijven.

Uw zoon is erg gesloten, en hij trekt zich emotioneel terug. Andere manieren zijn bijvoorbeeld: rationaliseren, vluchten uit de werkelijkheid (door bijvoorbeeld dagdromen) en passiviteit. Deze manieren van zelfbescherming in een moeilijke periode horen bij de puberteit en zijn tijdelijk van aard.

Gun hem zijn geslotenheid

U hoeft zich niet ongerust te maken over uw zoon. Ik weet niet of u inmiddels genezen bent, maar zelfs als dat het geval is, zal uw zoon tijd nodig hebben om dit te geloven en de problemen te verwerken. Net als u.

Gun hem nog maar een tijdje zijn geslotenheid. Dat is zijn manier van omgaan met heftige, angstige emoties.

Hulp

U kunt hem wel helpen door zijn gevoel te benoemen, maar dan echt zonder te verwachten dat er een gesprek gaat volgen. U zou bijvoorbeeld kunnen zeggen: "Lieverd, je zal wel heel erg geschrokken zijn dat ik kanker had (of heb), en gedacht hebben – of nog steeds denken – dat ik snel dood zal gaan."

Het is belangrijk dat u open en eerlijk bent over uw ziekte en het verloop ervan, zolang u er maar zorgt dat u uw zoon er niet mee belast. Daarmee bedoel ik dat u uw eigen angsten beter kunt bespreken met uw partner of vriendinnen dan met uw zoon.

Ook kunt u tegen uw zoon zeggen dat u het zeer gewaardeerd heeft dat hij zo lief voor u was, maar dat u er nu best wel weer tegen kan en misschien juist wel weer zin heeft in gepuber.

Bloedhekel

Veel pubers hebben er een bloedhekel aan wanneer hun vader of moeder er speciaal voor gaan zitten om te praten. Het praat veel makkelijker terwijl je samen iets doet, zoals samen afwassen of wandelen.

Het is echter goed mogelijk dat 'praten' nog te vroeg is voor uw zoon.

Ga dus vooral niet trekken of peuren. Als jullie een goede relatie hebben, dan komt hij zelf wel. Hij weet best dat u ervoor open staat.

Daarnaast is het mogelijk dat uw zoon wel met ánderen – buiten het gezin – over zijn problemen praat. Mocht dat het geval zijn, dan is dat misschien pijnlijk voor u als ouder, maar wel een teken dat het losmakingsproces ondanks alles toch op een gezonde manier doorgaat.