7 juli 2011 door Henk Boeke

Nieuw: vaccinatie tegen pneumokokken

Vanaf 1 juni van dit jaar zullen baby's ook gevaccineerd worden tegen pneumokokken. Waarom gebeurt dat? En wat betekent het in de praktijk?

Baby's die geboren zijn vanaf 1 april 2006, kunnen vóór hun eerste verjaardag vier extra vaccinaties krijgen tegen pneumokokken. De vaccinaties worden gegeven op het consultatiebureau, als onderdeel van het normale vaccinatie-programma.

Deze vaccinaties zijn niet verplicht maar zijn wel aan te raden. De eerste prik vindt plaats: twee maanden na de geboorte. In de praktijk zullen de eerste vaccinaties dus plaatsvinden vanaf 1 juni 2006.

De – gratis – prikken beschermen jonge kinderen tegen hersenvliesontsteking en andere ernstige ziekten die veroorzaakt worden door pneumokokken-bacteriën.

Vaccinatie, algemeen

Bacteriën zijn overal. In de lucht, op je huid, in je darmen: overal wemelt het van de bacteriën. Op zich is daar niets mis mee. Darmbacteriën helpen bijvoorbeeld om je eten te verteren. Maar helaas is de ene bacterie de andere niet en helaas bereiken bacteriën soms plekken in je lichaam waar ze helemaal niet thuishoren. Zelfs dan hoeft er nog geen man overboord te zijn, want meestal ruimt ons afweersysteem de ongewenste indringers op. Je wordt pas ziek wanneer je afweer er niet tegen opgewassen is.

Baby's en jonge kinderen lopen het grootste risico, omdat hun afweer nog niet 'af' is. Anders dan bij volwassenen en oudere kinderen zijn de verdedigingslinies van hun lichaam nog niet compleet. Om de natuur een handje te helpen, hebben medici de afgelopen eeuw verschillende vaccins ontwikkeld.

De werking van een vaccin is vrij eenvoudig. Vaccins bevatten een verzwakte variant of een onderdeel van een bacterie of virus, die het afweersysteem 'leert' hoe het moet reageren zodra de échte ziekmaker zich onverhoopt aandient.

Rijksvaccinatieprogramma (RVP)

In Nederland is de vaccinatie van zuigelingen en peuters landelijk geregeld via het zogenaamde Rijksvaccinatieprogramma, afgekort RVP. In het kader van dit RVP worden kinderen gratis ingeënt tegen de gevaarlijkste infectieziekten.

De bekendste inentingen zijn:

  • DKTP - tegen difterie, kinkhoest, tetanus en polio - aandoeningen waar vroeger nog veel kinderen aan overleden;
  • BMR - tegen de bof, mazelen en rodehond - enkele bekende en gevaarlijke kinderziektes.

Daarnaast wordt er gevaccineerd tegen:

  • Hib (Haemophilus influenzae type b) - een bacterie die onder andere luchtweg-infecties en meningitis kan veroorzaken;
  • meningokokken C - die net als pneumokokken hersenvliesontsteking kan veroorzaken);
  • en hepatitis B - deze laatste vaccinatie is alleen bedoeld voor specifieke risicogroepen.

Sinds kort wordt voor de vaccinatie tegen kinkhoest gebruik gemaakt van het zogenaamde acellulaire kinkhoest-vaccin (aK) dat minder bijwerkingen verzoorzaakt dan het oude - cellulaire - vaccin.

Pneumokokken

Vanaf 1 april 2006 is de vaccinatie tegen pneumokokken toegevoegd aan het RVP. Pneumokokken zijn bacteriën die bij gezonde mensen in de keelholte zitten, en die door hoestbuien en niesbuien gemakkelijk kunnen overspringen naar iemand anders. Meestal kan dat geen kwaad, maar sommige mensen worden er ziek van.

Als pneumokokken een ziekte veroorzaken, dan kan het gaan om:

  • longontsteking;
  • bloedvergiftiging;
  • hersenvlies-ontsteking.

In het ergste geval kun je daaraan dood gaan, maar je kunt er ook ernstige klachten aan overhouden, zoals:

  • doofheid;
  • concentratieproblemen;
  • littekens;
  • groeistoornissen.

Hoe jonger de patiënt, des te ernstiger een infectie kan uitpakken.

Pneumokokken-vaccinatie

Volgens het RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu), de instantie die het rijksvaccinatieprogramma verzorgt, kan een landelijke pneumokokken-vaccinatie jaarlijks de volgende problemen voorkomen:

  • 78 sterfgevallen;
  • 85 hersenvlies-ontstekingen;
  • 300 bloedvergiftigingen;
  • 1.800 longontstekingen;
  • 52.000 gevallen van middenoorontsteking.

De winst voor de volksgezondheid bestaat niet alleen uit een lagere kans voor baby's om ziek te worden, maar ook uit een lagere kans dat anderen besmet worden. Gevaccineerde baby's zijn namelijk niet alleen beschermd tegen pneumokokken-ziekten, maar dragen de pneumokokken ook minder lang bij zich. Daardoor zullen ze minder vaak oudere kinderen of volwassenen (die niet zijn ingeënt) besmetten.

Vaccinatie vanaf 1 juni 2006

Alle baby's die vanaf 1 april 2006 worden geboren, kunnen het vaccin krijgen via het RVP. De eerste prik wordt twee maanden na de geboorte gegeven. De nieuwe vaccinaties zullen dus vanaf 1 juni gaan plaatsvinden.

Baby's die geboren zijn vóór 1 april kunnen ook gevaccineerd worden, maar dan moeten ouders dat zelf regelen via de huisarts. De injecties zijn in dat geval niet gratis.

Hoe werkt het?

Ouders krijgen automatisch een oproep om hun kind tegen pneumokokken te laten vaccineren. Daar is geen extra gang naar het consultatiebureau voor nodig. Het gebeurt namelijk tegelijk met de reguliere DKTP-Hib-vaccinatie, maar dan in het andere been. Behalve de pijn van het prikken zélf heeft een baby daar meestal heel weinig last van.

Om goed te werken moet het nieuwe vaccin vier keer worden gegeven, namelijk: als een kind 2, 3, 4 en 11 maanden oud is. Pas na deze vier prikken biedt het vaccin minimaal vijf jaar lang bescherming tegen de zeven gevaarlijkste pneumokokken-soorten.

Meer informatie

Voor meer info over de nieuwe pneumokokken-vaccinatie en het Rijksvaccinatieprogramma, zie: www.rijksvaccinatieprogramma.nl


Vaccinatieschema

Voor een up-to-date vaccinatieschema, zie het Rijksvaccinatieprogramma op de site van het RIVM.


Veel gestelde vragen

Waarom is de pneumokokken-vaccinatie in het Rijksvaccinatieprogramma (RVP) opgenomen?

Een infectie met pneumokokken kan leiden tot levensbedreigende ziekten zoals hersenvlies-ontsteking, bloedvergiftiging en longontsteking. De ziekten kunnen tot ernstige blijvende verschijnselen leiden zoals doofheid, epilepsie, motorische problemen en geestelijke achterstand. Het voorkómen van de ziekten via vaccinatie is daarom belangrijk.

De minister van VWS verwacht dat met deze vaccinatie in het RVP jaarlijks 78 sterfgevallen onder de totale bevolking voorkomen worden. Het aantal gevallen van hersenvlies-ontstekingen zal in totaal afnemen met 85, het aantal bloedvergiftigingen in totaal met 308, het aantal longontstekingen daalt in totaal met 1800 en het aantal middenoorontstekingen neemt in totaal met 52.000 af.

Vanaf wanneer worden kinderen gevaccineerd?

De vaccinatie is bestemd voor kinderen die op of na 1 april 2006 geboren zijn. De eerste vaccinatie wordt toegediend als een kind ongeveer 2 maanden oud is. Dit betekent dat de eerste vaccinaties rond 1 juni 2006 worden toegediend.

Waarom is dit vaccin nu pas ingevoerd in het Rijksvaccinatieprogramma?

De gezondheidsraad adviseerde in 2001 om de pneumokokken-vaccinatie toe te voegen aan het RVP. Invoering van de vaccinatie bleek toen niet kosten-effectief. In 2005 is opnieuw een advies uitgebracht, waarbij nieuwe berekeningen uitwezen dat het is nu wel kosten-effectief is om de vaccinatie in te voeren. Daarom heeft de minister besloten dit in 2006 te doen.

Waarom is de keuze gemaakt voor Prevenar?

Op dit moment is Prevenar het enige pneumokokken-vaccin dat geregistreerd is voor kinderen jonger dan 2 jaar.

Bevat het pneumokokken-vaccin antibiotica?

Nee, Prevenar bevat geen antibiotica.

Welke bijwerkingen zijn er te verwachten?

Bijwerkingen zijn over het algemeen mild en van korte duur, en doen zich voor op de dag van vaccinatie en eventueel de dag erna.De bijwerkingen bestaan vooral uit lokale klachten rond de prikplek, zoals roodheid, zwelling en pijn. Afhankelijk van de leeftijd komen koorts, huilen of hangerigheid voor. Soms komt een collapsreactie voor of een koortsstuip bij daarvoor gevoelige kinderen.

Mijn andere kind is vóór 1 april 2006 geboren, waarom komt hij/zij niet in aanmerking voor deze inenting?

Bij een verandering in het RVP moet de overheid altijd een datum bepalen. De overheid heeft bepaald dat alle kinderen geboren op en vanaf 1 april 2006 de pneumokokken-inenting krijgen.

Mijn kind is vóór 1 april 2006 geboren. Is het mogelijk om mijn kind toch tegen pneumokokken te laten inenten?

Ja, dat kan, maar dan valt de vaccinatie niet binnen het RVP en wordt deze niet op het consultatiebureau gegeven. U kunt zich voor deze vaccinatie wenden tot uw huisarts. De kosten zijn voor eigen rekening.

Een kind dat is geboren in december 2005 komt niet in aanmerking voor een vaccinatie maar kan ook ziek worden. Dat vind ik niet kloppen.

Bij een verandering in het RVP moet de overheid altijd een datum bepalen. Daarmee ontstaat onvermijdelijk een grens. De overheid heeft bepaald dat alle kinderen geboren op en na 1 april 2006 de pneumokokken-inenting krijgen.

Krijgen kinderen met verhoogd risico op hepatitis B nu drie prikken per keer?

Nee. Kinderen met een verhoogd risico op hepatitis B kregen tot nu toe op leeftijd van 2, 4 en 11 maanden twee prikken per consult: het hepatitis B-vaccin en de DKTP-Hib-prik. De toevoeging van de pneumokokken-vaccinatie zou betekenen dat zij drie prikken tijdens één consult krijgen. Om dat te voorkomen, is er voor deze groep kinderen een combinatievaccin beschikbaar.

Het combinatievaccin heet Infanrix hexa en komt van de fabrikant Glaxo Smith Kline. Het beschermt de betrokken kinderen tegen difterie, kinkhoest, tetanus, polio, Hib-ziekten en hepatitis B. Het nieuwe combinatievaccin wordt toegediend op de leeftijd van 2, 3, 4 en 11 maanden.

Hepatitis B risico-kinderen krijgen dus op de leeftijd van 3 maanden een extra hepatitis B-vaccinatie. Baby's van draagsters krijgen in totaal vijf prikken: een losse hepatitis B-vaccin direct na de bevalling en vier keer het combinatievaccin DKTP-Hib-Hep B.

Kan het lichaam van mijn kind wel twee inentingen in dezelfde maand of tegelijkertijd verdragen?

Ja, uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat dit geen probleem is.

Mijn kind krijgt al zoveel inentingen, is deze extra inenting echt nodig?

Ziekten die door pneumokokken worden veroorzaakt, zijn zo ernstig dat de overheid het nodig vindt om deze vaccinatie op te nemen in het RVP. Binnen het RVP wordt goed bekeken of een extra vaccinatie noodzakelijk, effectief en veilig is.

Er is ruimte gekomen in het programma omdat er eerder (in 2003) een combinatievaccin voor DKTP-Hib is ingevoerd. Dat bestaat nu uit één prik en terwijl dat voorheen twee aparte inentingen waren.

Is mijn kind nu volledig beschermd tegen bloedvergiftiging en hersenvlies-ontsteking?

Nee. Bloedvergiftiging en hersenvlies-ontsteking kunnen door verschillende bacteriën en virussen veroorzaakt worden. Tegen de meest voorkomende verwekkers worden vaccins gemaakt. De vaccins beschermen alleen tegen die verwekkers waartegen ze gericht zijn.

De pneumokokken-vaccinatie beschermt tegen zeven typen pneumokokken, de meningokokken C-vaccinatie tegen hersenvlies-ontsteking veroorzaakt door meningokokken type C en de Hib-vaccinatie tegen hersenvlies-ontsteking veroorzaakt door Haemophilus influenzae type b.

Loopt een kind op de crèche meer gevaar?

Overal waar mensen bijeenkomen is overdracht van bacteriën mogelijk. Pneumokokkenbacteriën kunnen heel gemakkelijk van de ene naar de andere persoon overgaan.

Onderzoek heeft aangetoond dat kinderen op een crèche vaker de pneumokokkenbacteriën bij zich dragen dan kinderen die niet op de crèche zitten. Dragerschap op zich is geen belangrijke risicofactor voor een infectie.

Ik heb gehoord dat het juist goed is voor een kind om ziekten door te maken, zodat het lichaam zelf afweer kan opbouwen. Wat vindt u daarvan?

De risico's van het doormaken van een pneumokokken-infectie zijn groot. Een infectie met pneumokokken kan leiden tot levensbedreigende ziekten zoals hersenvlies-ontsteking, bloedvergiftiging en ernstige longontsteking.

Deze ziekten kunnen tot ernstige blijvende verschijnselen leiden, zoals: doofheid, epilepsie, spasticiteit en geestelijke achterstand. Een percentage van 15 tot 20% van de mensen die hersenvlies-ontsteking door pneumokokken oplopen, overlijdt. Daarom is het raadzaam om uw kind te laten vaccineren.