Het forum van Ouders.nl is een online community waar iedereen respectvol met elkaar omgaat. Het forum is er voor ouders met vragen over opvoeding, ouderschap, ontwikkeling, gezondheid, school en alle andere dingen die je als ouder tegenkomt in het leven.
2 augustus 2012 door Gijs Jansen
Gijs Jansen is psycholoog en gespecialiseerd in pubers. Lees hier zijn tips en trucs, en maak kans op een gratis boek met nog meer inzicht en nog meer tips!
Pubers zijn hot. Dat weten de pubers zelf trouwens al veel langer dan de media. Tv-programma's over de relatie tussen ouders en pubers schieten als paddestoelen uit de grond. Er moet ineens over alles gepraat kunnen worden. Zelfs over seks kun je tegenwoordig drempelloos een boom opzetten met pa en ma. De vraag is of de puber daar eigenlijk wel behoefte aan heeft, en of het überhaupt nut heeft om je zo sterk met het leven van je puberende kroost te bemoeien.
Ouders denken tegenwoordig dat ze precies weten wat er zich in het leven van hun kind afspeelt. Vaak krijg ik trotse verhalen te horen van ouders die zeggen dat de relatie met hun kind 'meer een soort vriendschap' is. Ik moet mijn lachen dan inhouden, aangezien ik weet dat ouders in 99% van de gevallen een sterk gecensureerde versie van het verhaal te horen krijgen. Pubers zijn veel slimmer dan volwassenen omdat ze veel sneller kunnen denken. Ze kunnen daardoor moeiteloos inspelen op wat ouders graag willen horen. Denken dat je als ouder weet wat je puber meemaakt, is een absolute illusie.
Als we iemand willen begrijpen, proberen we ons in iemand te verplaatsen. Automatisch denk je dan terug aan je eigen ervaringen. Ouders vergelijken het leven van hun puber dus automatisch met het leven dat ze hadden toen ze zelf jong waren.
Je kunt je dus alleen maar in anderen verplaatsen op basis van je eigen ervaringen. En omdat onze omgeving de afgelopen 20 jaar zo drastisch veranderd is, gaat de vergelijking met vroeger niet meer op. Met andere woorden: ouders kunnen zich onmogelijk inleven in hun puber omdat ze niet weten hoe het is om in deze tijd op te groeien.
Daarnaast denken ouders vaak dat pubers vooral leren van wat ze van hun ouders meekrijgen. Hierdoor voelen veel ouders zich geroepen om hun kind vol te proppen met zoveel mogelijk informatie over wat hun puber wel en niet moet doen.
Dit werkt meestal averechts omdat pubers zich juist afzetten tegen alles wat hun ouders zeggen. Als je tegen je puber zegt dat hij niet moet beginnen met roken, dan neemt de kans dat de puber een sigaret opsteekt dus juist toe. Hoe meer een ouder een puber probeert te sturen, hoe groter de problemen vaak worden.
Het erkennen van je eigen onmacht is het beste wat je als ouder kunt doen. Stoppen met sturen zorgt er meestal voor dat de puber vanzelf weer op zijn eigen zelfstandige beentjes terecht komt. Feit is simpelweg dat pubers vooral leren van elkaar. Als we pubers willen helpen, moeten we ze dus vooral leren hoe ze elkaar kunnen helpen.
1. Besef dat pubers zich niet in kunnen houden.
Eveline Crone heeft in haar briljante onderzoek naar de werking van puberhersenen aangetoond dat de frontaalkwab bij pubers nog sterk in ontwikkeling is. Dit gedeelte van de hersenen zorgt ervoor dat we kunnen reageren op prikkels die gedrag uitlokken. Pubers zijn dan wel veel slimmer dan volwassenen, verstandig zijn ze zeker nog niet.
Dus: als je wilt dat een puber stopt met computeren, bellen of tv-kijken, verwacht dan niet dat een simpele vermaning werkt. Vaak kun je het beste zelf (op een luchtige manier) het apparaat uitzetten, aangezien de puber zelf niet in staat is om die prikkel te weerstaan.
Je hoeft dus ook niet boos te worden als je merkt dat je puber niet kan stoppen met een bepaald gedrag. Pubers kunnen dat gewoon nog niet zo goed. Je kunt veel beter de prikkel (tv, mobiel, computer, etc.) weghalen. Als je dit met een knipoog doet, zal je puber alleen maar blij zijn dat je hem of haar een handje helpt. Pubers hebben wel degelijk behoefte aan structuur, alleen kunnen ze die zichzelf nog niet geven.
2. Bedenk dat pubers veel sterker reageren op positieve prikkels dan op negatieve prikkels.
Als je iets van je puber gedaan wilt krijgen, gebruik dan een positieve formulering. Het negatieve "Ruim je kamer nu eens op!" zullen de meeste pubers niet eens hóren, terwijl ze op de zin "Ik zou het echt zo geweldig van je vinden als je dat zou doen" waarschijnlijk veel actiever zullen reageren.
3. Weet dat pubers heel labiel kunnen zijn, en van extremen houden.
Als volwassenen snappen we vaak niet dat een puber 'zomaar' van de ene extreme emotie in de andere kan schieten. Dit hoort echter heel erg bij hun ontwikkeling. Vaak gebruiken pubers extreme taal, die voor een volwassene veel harder aankomt dan door de puber is bedoeld. Je hoeft daar als ouder dus niet van te schrikken.
Ook is het vrij normaal dat pubers hele rare dingen doen. Omdat hun hersenen geprikkeld willen worden, zoeken ze vaak heel heftige ervaringen op. Pubers houden van spannende dingen; van hard op een scooter rijden, van bonkende muziek en van heftig dansen. Als ouder kun je grenzen aangeven, maar niet opleggen. De puber moet die grenzen juist zelf ontdekken, en dat gaat nu eenmaal niet zonder slag of stoot.
4. Informeer je puber, zonder je ermee te bemoeien.
De beste manier om je puber te beïnvloeden is door ideeën te opperen, zonder dat je daarbij verwacht dat de puber daar ook meteen iets mee doet. Als je bijvoorbeeld wilt dat je puber iets leert over een mogelijke opleiding, zoek die informatie dan op, en leg het op de volgende manier voor. "Het is maar een idee, kijk maar wat je ermee doet. Overleg het anders eens met je vrienden en kijk wat die ervan vinden. Je moet zelf weten wat je ermee doet, ik bemoei me er verder niet mee."
De beste manier om je puber vast te houden, is door hem zoveel mogelijk los te laten. Je bereikt het meeste als je je puber goed informeert, en je je vervolgens zo min mogelijk bemoeit met het proces.
(31) is psycholoog en gespecialiseerd in pubers. Voor meer inzicht en nog meer tips, zie zijn boek: 'Verboden voor ouders' (ISBN: 9789058716927).