Het forum van Ouders.nl is een online community waar iedereen respectvol met elkaar omgaat. Het forum is er voor ouders met vragen over opvoeding, ouderschap, ontwikkeling, gezondheid, school en alle andere dingen die je als ouder tegenkomt in het leven.
8 april 2005 door Nadia Eversteijn
Hoe kan ik mijn zoon (6) helpen om op school Nederlands te gaan spreken? Thuis spreken we het Achterhoeks dialect. Hij weet hoe het moet om ABN te spreken, maar durft dat niet op school omdat hij bang is dat ze hem daarom zullen uitlachen. Iedereen is van hem gewend dat hij "plat" praat.
Nu wil ik thuis met hem gaan oefenen, maar hoe pak ik dat aan? De juffen op school doen hun best, maar ook hen lukt het niet. Hij gaat alleen maar minder praten en dat is ook de bedoeling niet.
Als hij aan het spelen is en een bepaald typetje speelt, dan doet hij het dus wel, zij het met een wat overdreven (stads) accent...
Uw zoon ziet er de noodzaak niet van in om ABN te gaan spreken, en is er zelfs huiverig voor. Eerlijk gezegd zie ik die noodzaak óók niet.
Hieronder zal ik ingaan op het verschil tussen dialect en standaardtaal, en de reden waarom u zich de moeite kunt besparen om uw zoon te dwingen tot iets wat hij liever niet wil.
Dialecten zoals het Roermonds of het Achterhoeks, en het standaard Nederlands zoals dat in – bijvoorbeeld – Dronten wordt gesproken, zijn allemaal
varianten van dezelfde taal. (Ik zei bewust Dronten, en niet Haarlem, omdat
recent onderzoek heeft uitgewezen dat in Dronten tegenwoordig het ABNste ABN gesproken wordt.)
Belangrijk om u te realiseren is dus dat ook de standaardtaal een variant is. Met andere woorden: de standaardtaal is niet een soort oervorm waar de dialecten van afgeleid zijn. Het is gewoon één van de varianten.
Als we een dialect vergelijken met de standaardtaal, dan valt uiteraard op dat ze verschillend zijn: de klanken zijn anders, de woordenschat wijkt op bepaalde punten af, en ook de zinsbouw kan anders zijn.
Er is echter geen enkele objectieve reden te bedenken waarom een standaardtaal ook béter zou zijn dan een dialect. De woordenschat is niet rijker en de grammaticale structuren zijn niet complexer.
Het is dus een tragisch misverstand dat het spreken van een dialect 'slecht' zou zijn voor de taalontwikkeling. Het Achterhoeks is net zo'n volwaardige taal als het Standaard Nederlands.
En wat de klanken betreft: door buitenstaanders wordt nogal eens beweerd dat bepaalde dialecten lelijk zouden klinken. Maar dat is gewoon een kwestie van smaak. De dialect-sprekers zelf vinden hun taal vaak juist wél mooi of 'warm' klinken.
Inmiddels is vast komen te staan dat iemands mening over een dialect volledig gevormd wordt door zijn mening over de sprekers ervan, en over de streek waarin het gesproken wordt. Dus: hoe lager het aanzien van een streek en zijn bewoners, hoe lager de appreciatie van het dialect dat daar gesproken wordt.
Waarom noemen we het Achterhoeks dan eigenlijk een
dialect, en het Nederlands een
taal, terwijl ze – objectief gezien – twee gelijkwaardige varianten van dezelfde taal zijn?
"A language is a dialect with an army", wordt wel eens gezegd. Oftewel: het dialect van díe landstreek waar de politieke en economische macht zetelt, wordt op een gegeven moment tot nationale standaard ('de taal') verheven. Dat houdt in dat vrijwel alle onderwijs en schriftelijke communicatie op landelijk niveau plaatsvindt in die taal.
Omdat de standaardtaal de taal van het onderwijs en het schrift is, wordt het spreken van de standaardtaal geassocieerd met intelligentie, en het spreken van een dialect maar al te vaak – helaas – met dom zijn.
De laatste tijd worden er in verschillende regio's van ons land initiatieven ontwikkeld om dialect-sprekers ervan te doordringen dat ze niet dom zijn, en dat hun eigen taal heel waardevol is.
Zo is in Twente bijvoorbeeld de campagne 'Twents, daor is niks mis met' van start gegaan, onder andere met medewerking van Herman Finkers in tv-spotjes. En op de basisscholen wordt daar in de onderbouw de methode 'Twents kwarteerken' gebruikt.
In Limburg is er voor de bovenbouw de methode 'Dien eige taal', waarmee leerlingen ook leren lezen in het Limburgs.
Het lijkt erop alsof uw zoon al haarfijn door heeft hoe de sociale verhoudingen liggen, en hoe er in het algemeen over standaardtaal en dialect gedacht wordt. U vertelde namelijk dat hij, als hij een typetje speelt, "een wat overdreven (stads) accent" gebruikt.
Ik weet niet precies wat u met 'overdreven stads' bedoelt, maar stel dat het 'geaffecteerd' is. Een soort burgemeesterstaal, zeg maar. Dan benadrukt hij daarmee dat hij de taal van de bovenklasse gebruikt. Het zou ook kunnen zijn dat u met 'stads' 'Amsterdams' bedoelt. In dat geval verwijst hij naar de stad waar de culturele elite ('het grachtengordelvolk') zetelt. Zelfs wanneer u letterlijk 'stads' bedoelt, van welke stad dan ook, is deze redenering nog vol te houden. Steden zijn immers groter en machtiger dan dorpen...
Nu terug naar de vraag waarom u thuis ABN met uw zoon zou willen oefenen, en de reden waarom ik denk dat dat niet hoeft.
Aangezien uw zoon er blijk van geeft dat hij best 'gewoon Nederlands' kan spreken, kunt u er vanuit gaan dat hij dat ook wel zal doen als daar werkelijk een goede reden voor is. Op bezoek gaan in de Randstad zou een van die redenen kunnen zijn. Maar thuis hoeft dat voor hem natuurlijk niet. Iedereen verstaat hem toch? Waarom zou hij daar ineens ABN moeten gaan spreken als het altijd goed ging in het Achterhoeks?
Kortom: behalve dat het niet nodig is (omdat hij het toch al kan) zou het ook zeer geforceerd zijn om thuis de standaardtaal te gaan spreken. In de praktijk betekent 'geforceerd' dat dat alleen maar tot ruzies en teleurstellingen zal leiden.
U vertelde helaas niets over de aanpak van de juffen. Ze proberen uw zoon de standaardtaal te laten spreken, maar hóe doen zij dat? Wekken zij de indruk tegenover hem dat de standaardtaal 'beter' is dan het Achterhoekse dialect? Doen ze of ze hem niet verstaan als hij dialect praat? Krijgt hij straf als hij dialect gebruikt? En hoe doen ze dat met de andere kinderen in de klas?
Maar hoe dan ook: ook al lukt het dan niet om uw zoon ABN te laten
spreken, hij leert het toch in ieder geval
schrijven. Ongetwijfeld zal daar af en toe een dialectvorm insluipen, hetzij qua woordgebruik, hetzij qua zinsbouw. Misschien zelfs wel qua klank, omdat 6-jarigen nog sterk fonetisch schrijven. In het ideale geval zegt een leerkracht dan niet "Dat is fout", maar "Dat is Achterhoeks dialect. In het Standaard Nederlands schrijf je het zó."
Als een leerkracht het inderdaad zo aanpakt, geeft hij of zij daarmee meteen een mini-lesje taalbeschouwing, waardoor de leerlingen zich bewust worden van het feit dat ze in feite tweetalig zijn.
Kortom: als de leerkrachten zorgvuldig hiermee omgaan, en uw zoon geen minderwaardigheidscomplex bezorgen om zijn Achterhoekse dialect, is er geen enkele reden tot zorg.
Mocht de situatie omslaan, en uw zoon juist uitgelachen gaan worden om zijn dialect, dan ben ik ervan overtuigd dat hij heel snel overstag zal gaan en alsnog zijn ABN uit de kast zal halen.
is socio-linguïst en gespecialiseerd in meertaligheid in het algemeen en de combinatie Turks-Nederlands in het bijzonder, werkzaam als onderzoeker bij de Universiteit van Tilburg.