25 juni 2004 door Nanny Gortzak
Mijn dochter van 6 weken heeft altijd één borst per voeding gehad. Ik wissel ze af. Maar hoe weet je nu of je borst is leeg gedronken? En hoe weet je wanneer je haar ook de andere borst nog moet geven? Ik doe dit nu op het gevoel, of als ze blijft huilen.
Op dit moment gaat u voornamelijk af op uw eigen gevoel. Dat is een goed begin. Voor de meeste baby's werkt het immers het beste als je goed kijkt naar de signalen van je baby.
Hieronder zal ik aangeven waarop u kunt letten, en hoe u die signalen kunt interpreteren.
Als een baby met een voeding begint, zal er eerst een snel zuigpatroon zichtbaar zijn. Zodra de melk toeschiet, zal de baby wat langzamer gaan zuigen.
De baby gaat nu drinken met een gestaag ritme waarin hij zuigt, slikt en ademt. De meeste baby's doen dit zo'n tien keer achter elkaar, waarna er een kleine pauze volgt. De borst blijft dan meestal in de mond. Daarna gaat de baby zelf weer verder met drinken tot de volgende kleine pauze.
Op een gegeven moment zal de baby de borst loslaten, of – als hij dat niet doet – zijn zuig- en slik-ritme gaan veranderen. Hij zal dan meerdere keren zuigen voor hij gaat slikken. Dat is een goed moment om de baby van de borst te nemen, even een boer te laten doen, en daarna de tweede borst aan te bieden.
Als een baby na de tweede borst nog steeds belangstelling heeft, dan kan er eventueel weer teruggewisseld worden naar de eerste borst.
Sommige moeders merken dat hun baby echt niet meer dan één borst per voeding wil, terwijl andere moeders zien dat twee borsten zelfs nog aan de krappe kant is. Zolang u de signalen van uw baby volgt, is dat allemaal niet erg.
Ook is het niet ongewoon dat een baby die in het begin één borst per keer wilde, later overgaat op twee borsten per keer. In dat geval is de melkproductie afgestemd op de behoefte van de baby.
Weer andere moeders merken dat hun baby soms één borst en soms twee borsten wil drinken. Dat is begrijpelijk, aangezien zowel de melkproductie als de behoefte van de baby niet altijd constant zijn.
Een moeder die twijfelt, kan altijd de borst aanbieden. Als de baby niet wil drinken, dan zal hij dat meestal laten merken bij het aanleggen. Hij zal dan niet willen happen of de borst weer snel loslaten.
