Brr.. Koud! Check onze hacks om je kind lekker warm én gezond te houden

14 september 2007 door Nanny Gortzak

Borstvoeden na borst-amputatie?

Vier jaar geleden heb ik een enkelzijdige borst-amputatie ondergaan vanwege borstkanker. Nu ben ik zwanger van mijn tweede kind (de eerste is inmiddels 10) en ik wil hem of haar heel graag borstvoeding geven.

Ik zou graag willen weten hoe ik de borstvoeding op een goede manier kan opstarten.

Antwoord

In principe kunt u gewoon beginnen met het geven van borstvoeding.

Of het vervolgens ook mogelijk is om volledig te voeden met één borst, hangt af van een aantal factoren:

  • de hoeveelheid actief klierweefsel in de overgebleven borst;
  • de mate waarin de overgebleven borst bestraald is geweest en of daarbij klierweefsel is geraakt;
  • de mate waarin er schade is opgetreden aan klierweefsel, zenuwen en bloedvoorziening in verband met de behandeling;
  • wat voor medicijnen er zijn gebruikt die invloed op het klierweefsel gehad kunnen hebben.

Wegen

Er zijn vrouwen die na behandeling aan een borst normaal kunnen voeden met de andere borst.

Wel kan het dan zinvol zijn – met name in het begin – om het gewicht van de baby extra in de gaten te houden met een goede digitale weegschaal.

Bijvoeding

Als er bijvoeding nodig is, dan kan die het beste gegeven worden met een hulpset. Daarbij wordt een slangetje op de tepel bevestigd en vanuit een container komt dan, met het zuigen van de baby, de melk via het slangetje in de baby's mond.

Doordat de baby normaal aanligt, wordt de tepel gestimuleerd, wat de melkproductie bevordert.

Door te voorkomen dat de baby te veel afvalt, wordt ook voorkomen dat hij te zwak wordt om goed te kunnen zuigen. Omdat optimale stimulatie in de eerste dagen tot weken cruciaal is voor een goede melkproductie, moet dus voorkomen worden dat deze situatie optreedt.

Stimulatie

Waar twee borsten een baby kunnen voeden zonder op volle kracht te hoeven werken, zal in uw geval uw ene borst waarschijnlijk een topproductie moeten draaien.

Om dat te kunnen bereiken en te handhaven, is goede stimulatie in het begin nodig. En bedenk dat afbouwen altijd makkelijker is dan – later – de productie extra omhoog zien te krijgen!

Veel aanleggen en masseren

De eerste dagen, in de fase dat er colostrum geproduceerd wordt, kunt u zo vaak aanleggen als de baby wil. Het is dan heel normaal als de baby elke 1 tot 1½ uur wil drinken. Daarbij kunt u richting de tepel masseren om ervoor te zorgen dat er zo veel mogelijk colostrum uit de borst komt.

Als de melkproductie op gang komt, dan kunt u ook mee-masseren, of compressie uitoefenen (met de hand om de borst), om de borst zo leeg mogelijk te maken. Hoe leger de borst is, hoe meer de klieren gestimuleerd worden om nieuwe melk aan te maken.

Goed aanleggen

Ook is het erg belangrijk dat u goed aanlegt. Dat doet u door de neus van de baby tegenover uw tepel te leggen. Zorg er daarbij voor dat de baby in een rechte lijn ligt (niet een opzij gebogen nek heeft of over de schouder kijkt). Het hoofdje reikt ietsje naar achteren om de tepel in de mond te kunnen nemen.

Op deze manier komt er meer van de tepelhof aan de kant van de kin in de mond, dan aan de kant van de neus. Deze asymmetrische manier van aanleggen blijkt het onderliggende zenuwweefsel en klierweefsel goed te stimuleren. En zo ligt de neus goed vrij!

Samenvattend

Dus, als u wilt voeden met één borst, dan zijn de volgende zaken belangrijk:

  • vaak aanleggen;
  • goed aanleggen;
  • extra vaak wegen (in de eerste week);
  • goed op het aantal natte en vieze luiers letten;
  • eventueel bijvoeden met een hulpset, om verzwakking van de baby te voorkomen.

Waarschuwing

Een waarschuwing tot slot. Wees heel voorzichtig met kruiden en voedingsmiddelen die bedoeld zijn om de melkproductie te stimuleren. Sommige van dit soort middelen kunnen namelijk van invloed zijn op de hormoonhuishouding, en sommige vormen van borstkanker kunnen erg gevoelig zijn voor oestrogenen.

Dus: mocht u het gebruik van stimulerende middelen overwegen, ga dan niet op eigen houtje experimenteren, maar bespreek uw plannen eerst met uw eigen arts of iemand die verstand heeft van kruidengeneeskunde én medisch geschoold is.

Succes ermee!