20 november 2009 door Nanny Gortzak
Onze dochter Lotte is 1 maand oud (nu 4,20 kg, geboortegewicht 3,65 kg). De eerste dagen dat ik borstvoeding gaf, lukte dat goed. Maar vanaf de derde dag dronk ze niet meer voldoende. Ik lag in het ziekenhuis en toen zijn ze gestart met het geven van bijvoeding.
Lotte zag ook geel en viel daardoor vlug in slaap tijdens het drinken. Ik moest dan nog afkolven na de voeding en dat bijhouden voor de volgende voeding, om extra bij te laten drinken.
Eenmaal thuis heb ik aangelegd, en iedere keer 30 ml poedermelk bijgegeven. Maar Lotte kwam de eerste week niet aan. Ik ben toen begonnen met kolven. Ik had maar 30 à 40 ml per keer, terwijl Lotte al 100 ml dronk uit de fles. Stuwing heb ik nog nooit gevoeld. Ik gaf zo 2 flesjes moedermelk per dag en 4 flesjes poedermelk.
Nu zou ik willen proberen om enkel borstvoeding te geven. Ze wil nog wel drinken aan de borst, trouwens. Vandaag dronk ze de eerste voeding (om 5 uur) 70 ml, de tweede voeding (om 9.30 uur) 50 ml, en de derde voeding (om 12 uur) 20 ml. Onvoldoende dus, en iedere keer minder.
Als ik weer begin met het geven van flesjes, dan zal dat de borstvoeding waarschijnlijk niet ten goede komen. Toch zal ik vanavond wel een extra flesje bijgeven, denk ik.
Denkt u dat ik op deze manier de borstvoeding kan opdrijven, ook al is ze nu al 1 maand oud? En hoe lang zal ik dat moeten volhouden? Hoeveel tijd zal het in beslag nemen voor ik voldoende voeding kan geven?
Eigenlijk gaat uw vraag over relactatie. Dat is het proces waarbij je de borstvoeding opnieuw op gang brengt nadat die eerder gestopt was, of als je een lage melkproductie flink omhoog wilt laten gaan.
U vertelde dat uw dochter slecht dronk in het begin, en dat u moest kolven. Nu wil ze nog wel aan de borst, maar volgens u drinkt ze niet voldoende. Hieronder zal ik uitleggen hoe je dat oplost.
Om te beginnen is het heel belangrijk dat een baby goed wordt aangelegd. Zo wordt het borstweefsel flink gestimuleerd en zal de melk beter stromen.
Zorg er ook voor dat uw baby blijft doordrinken. Een slechte melkstroom zorgt ervoor dat een baby zijn interesse verliest. Dus als u denkt dat de baby niet goed aan de borst ligt, dan is het 't beste als u eens een lactatiekundige laat kijken naar het aanleggen en het drinken.
Voor het voeden zelf gaat u als volgt te werk:
Indien nodig kunt u nog een beetje bijvoeding geven. Maar: u kunt ook eens kijken of ze wel extra voeding wil, of dat ze tevreden is na een voeding.
Een boertje doen en een schone luier geven, willen nog wel eens een goede oplossing zijn voor ontevredenheid bij een baby.
Ook kunt u, om de productie te verhogen, vaker aanleggen. Op dit moment zit er een flinke tijd tussen de voedingen. Het is voor zo'n jonge baby die alleen op borstvoeding leeft helemaal niet erg om vaker te drinken!
Anderhalf tot 2 uur tussen twee voedingen kan heel normaal zijn; er zijn zelfs baby's die nog vaker willen drinken. Wanneer u vaker voedt, is het vetgehalte van de melk ook hoger. En dat geeft weer een tevredener baby.
U kunt proberen om een paar dagen goed rust te houden, goed te eten en te drinken en uw dochter vaak aan te leggen. Eigenlijk doet u dan de kraamtijd thuis in uw eigen bed een beetje na. Veel moeders hebben de ervaring dat een weekendje op deze manier de borstvoeding stimuleren een merkbaar effect heeft op de productie.
Zoals gezegd kunt u nog wat kunstvoeding na geven, als uw dochter toch meer melk nodig heeft dan u nu kunt produceren. Geef echter niet te veel, zodat uw dochter na maximaal 2 uur weer interesse heeft om aan de borst te willen.
Geef eventuele bijvoeding in een fles met een langzame speen (klein gaatje). Houd daarbij uw baby in een verticale positie, en houd de fles bijna horizontaal, dan zal ze zelf meer controle hebben over de fles, en beter kunnen aangeven hoeveel ze wil drinken. Bedenk ook dat de fles niet leeg hoeft, maar volg de behoeft van uw baby.
Door een paar dagen vaker te voeden en vaker van borst te wisselen tijdens een voeding, zal de productie zeker omhoog gaan. Overleg met een lactatiekundige of een arts welke aanvullende maatregelen er eventueel nog nodig zijn.
