Het forum van Ouders.nl is een online community waar iedereen respectvol met elkaar omgaat. Het forum is er voor ouders met vragen over opvoeding, ouderschap, ontwikkeling, gezondheid, school en alle andere dingen die je als ouder tegenkomt in het leven.
18 maart 2019 door Caroline Geven
‘Is je zoontje doof?’ Deze vraag kreeg ik best veel toen wij in een combinatie van babygebaren en gesproken woord communiceerden met onze zoon van toen acht maanden.
Nee, doof was hij niet. Slechthorend ook niet. Wij hadden ervoor gekozen om onze spraak te onderbouwen met gebaren. Als kraamcadeautje kregen wij van mijn zusje en haar vriendin een babygebarencursus cadeau. In eerste instantie voelde het wat gek, maar ze legden uit dat de taalontwikkeling bij jonge kinderen sneller gaat door een combinatie van zowel gebaren als gesproken taal.
We kregen een cursus babygebarentaal aan huis waar wij uitgelegd kregen waarom het zo belangrijk is, maar ook dat de babygebarentaal anders is dan de algemene gebarentaal in Nederland. Hoewel de gebaren hetzelfde worden aangeleerd door de trainers, zul je zien dat je thuis al gauw andere gebaren ontwikkelt. Zo kan een kindje nog niet de fijne motoriek van het gebaar ‘helpen’ of van bijvoorbeeld ‘opa’ en ‘oma’. Het is niet erg dat jij en je gezin varianten op gebaren ontwikkelt. De gebaren zijn namelijk bedoeld voor jouw gezin en om je kind beter te leren begrijpen.
Toen onze zoon vond dat hij hulp nodig had met spelen, iets pakken, iets aantrekken, uittrekken of wat dan ook, gilde hij. Heel hard. En heel veel. Eén van onze belangrijkste punten was dus heel snel het gebaar ‘helpen’ leren aan onze zoon. Het heeft ons ruim een maand gekost, maar opeens stond er een kindje voor me dat heel gefrustreerd voor mijn neus het gebaar probeerde na te doen toen hij hulp nodig had. Ik was vertederd, hoewel het gebaar eruit zag alsof hij me neer wilde hoeken. Toen ik hem vroeg of hij hulp nodig had en hem vervolgens hielp, liep hij zo trots rond dat mijn hart smolt en het doorzetten meer dan waard was. Ondertussen kan hij het woord zelf uitspreken, maar af en toe maakt hij toch nog het gebaar erbij.
Toen onze zoon anderhalf was, gingen wij naar Disneyland Parijs. Het ontmoeten van de karakters was niet iets wat bovenaan het lijstje van mijn zoon stond. Het stond uiteraard wel bovenaan mijn lijstje, want ik wilde niets liever dan een mooie foto van mijn kindje dat Mickey Mouse knuffelde. Die foto kwam maar niet. Tot Mickey plots naar mijn verjaardagsbutton wees, het gebaar maakte voor jarig, mij feliciteerde in gebarentaal en vervolgens in gebarentaal uitlegde dat het buiten regende en dat hij daarvan baalde. Mijn zoon fleurde op, want al die gebaren kende hij ook! Die foto kon ik toen maken, hoor! En niet één keer, Mickey Mouse is ondertussen een favoriet karakter geworden. En het gebaar voor ‘regen’ is onze zoon nooit meer vergeten.
Mocht je kindje naar de opvang gaan of af en toe worden opgevangen door opa’s, oma’s of andere familieleden of vrienden, dan is het belangrijk dat zij snappen dat je bepaalde gebaren met je kind hebt afgesproken. Zo vonden wij het belangrijk dat iedereen snapte welk gebaar bij helpen hoorde, dit om het gebaar niet weer naar de achtergrond te laten verdwijnen. En om tegen te gaan dat onze dreumes weer terugging naar gillen om hulp te krijgen. Dit zal helaas niet met elk gebaar lukken, kies daarom de belangrijkste.
Wil je zelf ook beginnen met babygebaren? Je kan een cursus bij je in de buurt boeken. Twijfel je nog of het iets voor jou is? Overweeg dan bijvoorbeeld een boek over babygebaren!
‘Ik vind het zo bijzonder om te zien dat hij je altijd aankijkt als je tegen hem praat.’ Eén van de oma’s sprak deze woorden vol lof. Ze had gelijk. Ik kijk mijn zoon altijd aan als ik tegen hem praat en hij kijkt mij aan. Dit is ontstaan dankzij de gebarencursus. Juist omdat je gebaren in combinatie met woord moet uitvoeren, leer je jezelf snel aan om je kind aan te kijken. Vanuit de keuken iets toeschreeuwen en ondersteunen met gebaren heeft weinig zin als mijn kind een kamer verderop zit. Het is iets wat ik nu zo gewoon ben gaan vinden. Als ik tegen mijn zoon praat, kijk ik hem aan. En als hij tegen mij praat, heb ik ook oogcontact, omdat hij soms nog steeds gebaren gebruikt.
Ondertussen is onze zoon ruim twee. Gebaren gebruiken we nog maar heel af en toe. Als we bijvoorbeeld op een hele drukke plek zijn, ondersteunen we onze woorden met gebaren. Dit zorgt ervoor dat onze peuter heel aandachtig naar ons blijft kijken en vaak beter snapt wat er om hem heen gebeurt. Het heeft ons een stuk meer geduld en begrip opgeleverd en ik geloof dat het zelfs de peuterpuberteit een stukje minder heftig bij ons maakt.
getrouwd met Jop en mama van een stoere peuter die zijn mama dagelijks leert dat stilstaan heel bijzonder kan zijn. Ze benadert het moederschap met een knipoog, en een glas wijn zo nu en dan, en blogt hierover op kaktussen.nl.