1 december 2000 door Judith van Praag

1. Eens een moeder, altijd een moeder

Judith van Praag vertelt over de gesprekken die zij voert met zichzelf en anderen over het omgaan met verlies en verdriet.

In deze aflevering legt Judith uit dat je ook een moeder bent als je geen kinderen hebt (maar wel gehad hebt).

Met grote vreugde kondigen papa en pama de geboorte van hun kindje aan. Maar iemand in hun omgeving – hun beste vriendin, haar zus, een nichtje of collega – is niet zo gelukkig. Want háár kindje is tijdens de zwangerschap, of vlak ervoor, of tijdens de bevalling, of daarna, overleden.

Wat te doen, wat te zeggen; hoe gedraag je je wanneer jij trotse moeder bent en die ander die zit met een lege schoot, lege handen, en een gebroken hart?

De vrouw van je mans beste vriend en jij raken in dezelfde periode zwanger. Zij is twee weken eerder uitgerekend dan jij. De mannen zijn opgewonden: ze gaan allebei voor het eerste vader worden. Soms lijkt het alsof ze eindelijk volwassen zijn, soms gedragen ze zich weer net zo idioot als toen je ze leerde kennen honderd jaar geleden.

Met de vrouw van je mans vriend wordt de band hechter, jullie kinderen zullen samen opgroeien. Je vertelt haar dat je iedere avond om zeven uur op de bank in slaap valt, om half negen wakker wordt en dat je dan meteen zin hebt in aardappelsla. Zij voorspelt dat ook jij over een paar maanden met zes kussens zult slapen en dan, kondigt zich bij haar onverwacht een miskraam aan.

Pannetje soep

Je kunt, nee, wilt het niet geloven. Onwillekeurig strijk je met je hand over je eigen bollend buikje. Je wilt naar haar toe, je arm om haar schouders leggen, maar je voelt je wee, misselijk, terwijl je al lang geen last van ochtendmisselijkheid meer hebt. Je man gaat met een pannetje soep naar hun huis en vertelt later hoe hij om de hoek van de slaapkamerdeur naar binnen gluurde, maar de kamer niet durfde in te stappen. Dat haar ogen wat glazig waren en haar krullebos nog meer in de war dan anders, maar dat ze naar hem glimlachte en zei dat ze het lief vond dat jullie soep hadden gemaakt en dat het wel ging.

De eerstvolgende keer dat je hen weer ziet, is op haar verjaardag en ben jij al behoorlijk dik. Gelukkig zijn er andere mensen om mee te praten en de stemming is luchtig. De laatste keer dat je hen ziet voor de bevalling, staan zij op het punt op vakantie te gaan. Ze grappen dat je moet wachten tot zij terug zijn, maar je vermoedt dat ze juist weggaan zodat ze niet thuis hoeven te zijn wanneer jij je kind krijgt.

Wanneer ze op kraamvisite komen, laat jij haar je zoontje vasthouden. Hij ligt op haar buik, zijn toetje tegen haar borst. Het lijkt alsof ze zich niet meer bewust is van de wereld om haar heen. Na een tijdje -- waren het een paar minuten zoals je man later zei, of was het een eeuwigheid? -- stel je voor haar te verlossen van het vrachtje. Je zou willen vertellen hoe zwaar de bevalling was en dat je nog steeds pijn hebt van de knip, maar je durft het niet, ze zou wel eens kunnen denken dat je klaagt, maar hoe zou je durven, jij hebt je kindje immers in je armen...

Als moeder van een dochtertje dat tijdens de geboorte is overleden, kan ik uit volle overtuiging zeggen: praat met haar. Ook al heeft zij geen baby om te verzorgen, ze is moeder en weet wel degelijk hoe het is om kraamvrouw te zijn.

"Ja, ik ben moeder"

Toen Ariane Eira stierf, viel de nadruk als vanzelfsprekend op de tragische afloop. Het duurde een tijdje voordat ik besefte dat ik het met niemand over de naweeën van de bevalling had. Het deed mij goed toen ik het daar eindelijk met andere moeders over kon hebben. Eén vriendin gaf me een tip over het gebruik van vaseline om het littekenweefsel van de kniphechtingen te versoepelen.

Van een ander hoorde ik voor het eerst dat bijna iedere kraamvrouw last heeft van aambeien en dat je daar wat voor bij de dokter kunt halen. Met weer een ander had ik het over mijn verdikte taille, over de verstoorde hormoonhuishouding, en -- hoera -- over het weer kunnen vrijen. Door met mij over die dingen te praten lieten ze me iedere keer weer weten: jij bent ook moeder, ook al leeft je kindje niet. De herinnering aan die erkenning zal me altijd bij blijven.

Eens een moeder, altijd een moeder.

Ik sprak een keer met een vrouw die me vertelde dat haar babydochtertje 18 jaar eerder kort na de geboorte was overleden en dat er geen dag voorbij ging dat ze niet aan haar dacht. Wanneer iemand nu aan mij vraagt of ik kinderen heb, dan zeg ik: 'Ja, ik heb een dochtertje gehad, maar ze is bij de geboorte overleden.' In het begin zei ik vaak: 'Nee'. Omdat ik dacht dat je praktiserend ouder moest zijn om ja te kunnen zeggen. Maar dan voelde ik me later vreselijk, dan had ik het idee dat ik mijn dochtertje verraden had.

Nu zeg ik trots: 'Ja, ik ben moeder'. Ik deel met miljoenen andere vrouwen dat ik weet wat het is om een kind te baren. Door over Ariane Eira te vertellen erken ik de diepe indruk die zij op mij, mijn man, en de mensen om ons heen heeft gemaakt.

Feestdagen

Tijdens het Sinterklaasfeest gaat de hele familie op de foto. Je vader is apetrots op alle kleinkinderen. Je kunt hem zien glimmen tussen mijter en baard en het is niet alleen van de hitte. Met de Kerst geeft hij aan alle kinderen een afdruk van de foto: het lijkt wel een staatsieportret. Je schoonzusje trekt wit weg: haar kindje had ook op die foto moeten staan.

Het mocht niet zo zijn, hij overleed drie dagen na zijn geboorte. Je vraagt je af of je vader niet wat kiezer had kunnen zijn, hij had iedereen toch een foto met de post kunnen sturen, in plaats van zo'n pontificale confrontatie aan te gaan? Je overweegt iets tegen je schoonzusje te zeggen, maar je weet niet wat...

Wij zijn wel eens op een familiefeestje geweest waar alle leeftijden vertegenwoordigd waren en bovendien een paar vrouwen een kindje verwachtten. Ik voelde me daar echt niet lekker tussen, vooral niet omdat de zwangere vrouwen bang leken te zijn om met mij te praten. Het deed me echt goed dat een van de gasten tegen me zei dat ze gehoord had dat ons kindje overleden was. Ze vroeg of ik haar zou willen vertellen wat er precies fout was gegaan.

Het ontspande me dat ik met haar kon praten, ook al zat ik er bij te huilen, of misschien wel juist daarom. Zij had Ariane er als het ware bijgehaald. Die aandacht scheelde echt enorm, en daarna kon ik me weer onder de gasten begeven.

Intuïtie

Over het algemeen komt het er op neer dat je oprechte aandacht en medeleven altijd gewaardeerd zal worden. Volg je intuïtie. En als je niet weet wat je moet zeggen, zeg juist dat.