Brr.. Koud! Check onze hacks om je kind lekker warm én gezond te houden

15 juni 2015 door Henk Boeke

Wordt mijn baby te dik?

Nieuw onderzoek lijkt uit te wijzen dat ook borstgevoede baby's een verhoogde kans op overgewicht kunnen hebben. Maar zeker is dat nog lang niet.

Moeders maken zich soms zorgen over het gewicht van hun baby. Niet alleen als dat te laag is, maar ook als het te hoog is. Althans hoger dan gemiddeld. Tot nu toe werd aangenomen dat baby's die alleen borstvoeding krijgen en toch te dik zijn, géén verhoogd risico hebben op overgewicht wanneer ze ouder worden. Maar nieuw onderzoek onder 3000 Amsterdamse kinderen, die vanaf de geboorte 6 jaar lang zijn gevolgd (in de zogeheten ABCD-studie), "weerlegt deze hypothese", aldus het persbericht.

De onderzoekers (van het VUmc in Amsterdam) hielden nauwkeurig de groei van de kinderen bij, en ook welke voeding zij kregen. Hieruit bleek dat álle baby’s die bij 6 maanden te dik zijn, een verhoogd risico lopen op overgewicht op de leeftijd van 5 à 6 jaar. Dus niet alleen de baby's die flesvoeding kregen, maar ook de baby's die (uitsluitend) borstvoeding kregen.

Van baby's die uitsluitend flesvoeding krijgen, en te dik zijn rond 6 maanden, is al sinds 2011 bekend dat die een hoger risico lopen op overgewicht op 7- tot 12-jarige leeftijd.

Wat is eraan te doen? Vooral veel bewegen, zegt kinderarts Joana Kist-Van Holthe, een van de onderzoekers. "Het is belangrijk dat ook baby’s al vroeg beginnen met bewegen. Niet de hele dag in een stoeltje zitten, maar rollen en kruipen op een kleed of in de box", aldus Kist-Van Holthe.

Commentaar

We vroegen een reactie aan Myrte van Lonkhuijsen (lactatiekundige IBCLC, en tot 1 juni van dit jaar nog voorzitter van de Nederlandse vereniging van lactatiekundigen). Wat vond zij van dit bericht? Van Lonkhuijsen is nog niet overtuigd. Ten eerste is het nog maar één onderzoek (ook de onderzoekers zelf zeggen trouwens dat er zeker nog meer onderzoek gedaan moet worden). En ten tweede is het voor haar niet duidelijk of er voldoende gecorrigeerd is voor andere factoren. Ging het écht alleen maar om borstvoeding? En zonder verder ingrijpen in het gewone verloop? Oftewel: is het héél zeker dat het overgewicht niet door iets anders werd veroorzaakt?

Dat laatste is inderdaad een belangrijk – én zeer lastig – punt, weten we inmiddels. Omdat we als redactie van Ouders Online in een feedback-groep zitten van een omvangrijk onderzoek naar de 'predictors' (voorspellende factoren) voor overgewicht bij kinderen. Het project, dat uitgevoerd wordt door onderzoekers van het Rotterdamse Erasmus MC, verkeert nog in de beginfase, maar nu al is duidelijk dat het aantal mogelijke (en kansrijke) predictors zeer groot is. Zoals:

  • diverse factoren tijdens de zwangerschap (zoals BMI voor en na de zwangerschap, gewichtstoename tijdens de zwangerschap, roken (ook door de vader!), zwangerschapsdiabetes, etc.)
  • geboortegewicht van de baby (daar is iedereen het wel over eens);
  • geboren via een keizersnede (niet zijn blootgesteld aan bacteriën in het geboortekanaal kán een rol spelen);
  • 'pariteit', oftewel: 1e kind, 2e kind, etc. (professionals geloven dit vaak niet, maar in de literatuur wordt het wel degelijk genoemd).

Behalve dat het om veel (mogelijke) predictors gaat, zijn ze soms ook moeilijk te meten, vanwege privacy-belemmeringen of praktische problemen. Zoals:

  • de BMI van de ouders (hoe kun je die systematisch meten? Dan zouden ook beide ouders gemeten en gewogen moeten worden, als de baby voor controle op het CB komt. Dat is praktisch gezien onhaalbaar);
  • etniciteit (ook problematisch, aangezien dit soort gevoelige persoonsgegevens alleen geanonimiseerd verwerkt mogen worden).

Het is onwaarschijnlijk dat er in het VU-onderzoek gecorrigeerd is voor alle predictors, waaronder de bovengenoemde factoren. Al was het alleen maar omdat op dit moment nog niet eens precies bekend is wélke factoren nu eigenlijk voorspellende waarde hebben (en zo ja, hoe groot die voorspellende waarde precies is). Dat wordt immers allemaal nog onderzocht in het Erasmus-onderzoek.

Van Lonkhuijsen heeft daarom het volgende praktische advies. "Als een borstgevoede baby te zwaar lijkt te worden, moet je goed kijken naar andere factoren. Bijvoorbeeld:

  • krijgt het kind echt alleen de borst, of ook al vaste voeding?
  • áls er al begonnen is met vaste voeding, hoe krijgt de baby dat dan? (Gepureerd in het mondje gelepeld, of door zelf te verkennen?)
  • leek de groeicurve rond 3 maanden een beetje af te vlakken (wat normaal is), waardoor de moeder zich in ging spannen om de baby meer voeding te geven?
  • wordt er ook (borst)voeding via de fles aangeboden, en zo ja: hoeveel en hoe vaak?"

Er kunnen dus verschillende dingen aan de hand zijn. Dat vraagt 'maatwerk' van de ouders en degenen die eventueel de borstvoeding begeleiden.

Bronnen