2 juli 2007 door Martine Borgdorff

Opvang op school vanaf augustus? Was het maar waar!

Opvang op school vanaf augustus? Was het maar waar! Martine Borgdorff en Justine Pardoen analyseren het probleem en bekijken de oplossingen.

Afgelopen week kregen we een e-mail van een wanhopige moeder. Ze beschreef hoe de school van haar 8-jarige zoon trots liet weten dat de 600e leerling was verwelkomd, om vervolgens te melden dat het aantal plaatsen voor NSO (naschoolse opvang) in het nieuwe schooljaar 30 stuks bedraagt. Echt waar: 30 hele kindplaatsen op een school van 600 leerlingen.

Die 30 BSO-plekken die de school heeft geregeld, zitten natuurlijk allemaal vol. Opzeggen betekent achteraan aansluiten op de jarenlange wachtlijst en dagen ruilen is er niet bij. De oudste zoon van de schrijfster wacht al twee jaar op een plekje voor de donderdag, maar dat is er domweg niet. Haar dochter kon pas vanaf 3 jaar worden ingeschreven, maar het is zeer de vraag of zij na 'maar' 1 jaar op de wachtlijst bij de start van haar schoolcarrière een plek heeft. Waarschijnlijk niet.

Relatieve verplichting

De schrijfster vroeg zich – terecht – af wat je als ouders hieraan kunt doen. Hoe zit dat eigenlijk met die verplichting die scholen vanaf het nieuwe schooljaar hebben om kinderopvang aan te bieden? Mag een basisschool zich er zo van af maken?

Het antwoord op die laatste vraag is helaas "ja". Zo mogen ze zich er vanaf maken. De verplichting die scholen vanaf augustus hebben om voor- en naschoolse opvang aan te bieden, is namelijk een relatieve verplichting.

Scholen moeten zich tot het uiterste inspannen om de opvang van de grond te krijgen, maar ze hoeven nog net geen ijzer met handen te breken. De school móet opvang aanbieden, maar dat betekent niet dat ouders per 1 augustus recht hebben op een BSO-plaats voor hun kind. Simpel gezegd: als er geen plaatsen bij te toveren zijn, dan houdt de inspanningsverplichting van de school op.

Behoorlijk frustrerend

Voor veel ouders is het behoorlijk frustrerend, zo'n wet die in de praktijk een tandenloze tijger blijkt. Het klonk zo veelbelovend, in oktober 2005. Toen besloot de Tweede Kamer dat ouders met ingang van 1 augustus 2007 terecht moeten kunnen bij school, voor de opvang van hun kinderen. Nadat de eerste verontwaardiging (over zielige kindertjes die op school worden gedumpt) was geluwd, ging bij een aantal ouders toch het licht schijnen. Bij mij in elk geval wel.

Buitenschoolse opvang die aansluit bij de schooltijden, nee, nog mooier: buitenschoolse opvang op verzoek van ouders die het geëmmer met school-, sport- en opvangtijden zat zijn, dat is toch een flinke sprong voorwaarts!

Het ei van Columbus!

Het klonk veelbelovend: een basisschool waar tussen half-9 en half-4 wordt geleerd, om vervolgens te kunnen schilderen, voetballen, streetdancen, koekjes bakken, en moestuintjes verzorgen.

Ik kreeg blije visioenen van basisscholen die behalve een leeromgeving ook een creatieve, sportieve en sociaal-emotionele springplank zouden blijken te zijn voor al die kinderen die nu dag in, dag uit door vermoeide ouders naar clubjes en verenigingen worden gereden. Opvang op school, het ei van Columbus! Dat papa en mama dan ook een betaalde baan met normale werktijden kunnen onderhouden, leek me mooi meegenomen.

"5 voor 12"

Inmiddels is het "5 voor 12", zoals dat heet. De zomervakantie gaat nu beginnen, en het duurt nog maar anderhalve maand voor kinderopvang op school in heel Nederland de gewoonste zaak van de wereld zal zijn. Of dat lukt? Dacht het niet.

De meeste scholen hebben contact gezocht met de dichtstbijzijnde kinderopvangorganisatie, met het verzoek of zíj dan in vredesnaam voor die opvang willen zorgen. Die leggen vanwege overvolle wachtlijsten een nieuwe basischoolleerlingwachtlijst aan, en that's it. In kleine dorpen waar geen kinderdagverblijf is, hebben de vragende ouders gewoon pech gehad. De school gaat om half 4 gewoon op slot.

Zorgvuldig verborgen

Zelf wacht ik met smart op de plannen die de basisschool van mijn kinderen ongetwijfeld heeft, maar die ze zorgvuldig voor mij verborgen houden. Met mij vele anderen.

Om als ouder iets te ondernemen (kind aanmelden, andere opvang opzeggen, werktijden in het nieuwe schooljaar aanpassen) is het inmiddels al te laat – al was het maar omdat de meeste opvang-organisaties een opzegtermijn van 2 maanden kennen, óók voor wijzigingen in dagen of uren.

Ruimtegebrek

Branche-organisaties melden intussen verheugd dat het aantal BSO-plaatsen met gemiddeld 21% groeit. Tegelijk zal een kleine 15% van de kinderen die BSO willen, voorlopig geen plek kunnen bemachtigen.

Ruimtegebrek is het grootste probleem. Blijkbaar is de aanloop van twee jaar tot het ingaan van deze wet nog te kort geweest. En als twee jaar al te kort is om wat palen in de grond te slaan voor nieuwe BSO-gebouwen, dan zal het zeker te kort zijn om de mentaliteit in het gros van de scholen te veranderen.

Creatieve scholen die mogelijkheden zien voor leuke, zinnige dingen binnenshuis, zijn namelijk nog schaarser dan goede plekken op de BSO. De meeste scholen hebben helemaal geen zin in zo'n fremdkörper als buitenschoolse opvang. Die richten zich liever op het onderwijs. En geef ze eens ongelijk.

Andere oplossingen

Inmiddels zoeken ouders en opvang-organisaties de oplossing alweer elders. Zoals:

  • afstappen van vrije middagen, zodat ook de BSO-plekken op woensdag en vrijdag worden opgevuld;
  • schooldagen met lange lunchpauzes die rekening houden met het biologisch ritme van kinderen;
  • méér brede scholen waarin de ontplooiing van kinderen voorop staat.

Er zal vast wel wéér een Kamerlid te vinden zijn die een hippe brede-school-motie door het parlement weet te loodsen. En ook dan zal de uitvoering om te huilen zijn, omdat niemand in Nederland weet hoe dat moet, kinderen samen groot brengen. De bal komt hoe dan ook vanzelf weer voor de voeten van ouders.

Het laat, samen met brandbrieven als die van de moeder in Den Haag, zien hoe lang de weg is die we nog te gaan hebben.

Lees ook: