15 februari 2002 door Justine Pardoen

Hoe laat je je kind los op straat?

Ouders Online helpt u op weg om uw kinderen vertrouwd te maken met het verkeer. Deze week: deel 1 in een reeks van drie - Hoe laat je je kind los op straat? Met tal van praktische fiets-tips.

Tips voor de verkeersopvoeding van jonge kinderen (4+)

Onderzoek heeft uitgewezen dat zelfstandige mobiliteit en naar buiten gaan zonder toezicht, essentieel zijn voor kinderen om hun sociale én motorische vaardigheden te ontwikkelen. Kinderen die niet zelf naar buiten mogen, lopen een achterstand op.

Maar: we laten onze kinderen steeds later los. Door het toegenomen verkeer is de gemiddelde leeftijd dat een kind zelfstandig over straat mag, de laatste vijfentwintig jaar omhoog gegaan van 6 jaar (1970) via 8 jaar (1993) tot 9 jaar (2001).

In de stad

Wij wonen in de stad, aan een drukke verkeersader. Als de kinderen de deur uitgaan, belanden ze meteen tussen de andere weggebruikers. Tegen de tijd dat ze naar school gaan, hebben ze al heel wat onveilige situaties meegemaakt.

Als moeder zou je willen dat ze altijd in het fietsstoeltje pasten. Maar dat is niet zo. Onze kinderen fietsten al met vier jaar zelfstandig. Motorisch gezien waren ze daar aan toe. Mét een helmpje en zo'n 'hallo-hier-ben-ik' vlag achterop, neem ik ze zo nu en dan mee in het verkeer. Na een kwartiertje, als mijn hart het bijna begeven heeft, zijn we weer thuis. Wanneer zal ik durven om ze alleen te laten gaan?

Gevaar zien, dat moet je leren

Hoe vaak heb ik niet gewenst dat ik op het platteland woonde. Daar zou het lang niet zo gevaarlijk zijn als hier, dacht ik. Maar niets is minder waar. Juist daar waar kinderen opgroeien met een grote verkeers-luwe ruimte om zich heen, krijgen ze vaak veel minder oefening in het omgaan met gevaarlijke situaties. Hoe weet een vierjarige nu dat een aanraking tussen zijn fiets en een rijdende auto al gauw fataal kan zijn?

Oefenen, oefenen. Veel praktijkervaring opdoen is het belangrijkste middel om een kind te leren omgaan met het verkeer. Het kind moet eenvoudig de kans krijgen om tot een veilige verkeersdeelnemer op te groeien, door zelf te ondervinden wat de hindernissen zijn.

Vroeg beginnen

Jonge kinderen laten zich snel afleiden. Ze kunnen het verkeer niet goed overzien. Ook kunnen ze een verkeers-situatie niet goed inschatten en niet snel veilige beslissingen nemen. Door een kind te trainen, krijgt het de kans om dit stap voor stap te leren.

Zo kun je al heel vroeg je eigen verkeersgedrag begeleiden met woorden. Zeg wat je doet: "We kijken links, rechts en weer links. Oversteken!" Of: "Nu wachten we tot het rode licht op groen gaat." Of: "Nu kijken we eerst achterom, want je moet zeker weten dat er niemand de bocht om komt."

Geleidelijk zal dit gedrag onderdeel gaan uitmaken van het eigen systeem van het kind zelf.

Zelfstandig leren fietsen

Een vierjarige is toe aan een echte fiets. Misschien duurt het nog een jaar voordat het zonder zijwieltjes fietst, maar het kan ook een paar weken duren.

Zelfstandig leren fietsen gaat in twee fases. Eerst komt de motorische vaardigheid. Pas als het kind de fiets zonder nadenken beheerst, is het tijd voor verkeerstraining. Ook dan is het de training in de praktijk die het belangrijkst is. Ga geregeld samen fietsen en breng het gewenste gedrag tot stand door onder woorden te brengen waar je op moet letten: "Hoe kunnen we hier het beste oversteken?" en "Als je dat bord ziet, wat doe je dan?"

Helemaal alleen?

Het ene kind is het andere niet, en de ene omgeving is veel gevaarlijker dan de andere. Maar over het algemeen kan een kind van 9 jaar zonder begeleiding alleen met de fiets over straat. Dan moet het wel gaan om een veilige, goed afgesproken en goed geoefende route. Ook zelfstandig gebruik van het openbaar vervoer komt dan in zicht. Soms zal dat vroeger kunnen, soms later. Zo gaan de meeste kinderen hier in Amsterdam pas zonder begeleiding door het drukke verkeer als ze naar de brugklas gaan!

Zelf onderweg zijn geeft een kind ruimtelijk inzicht. Door eigen waarneming krijgt het een beter begrip van hoe de wereld in elkaar zit. Dat helpt het zelfvertrouwen waardoor het kind zich sneller zelf zal kunnen redden, ook in het verkeer. Een kind dat altijd naar school gebracht wordt met de auto, zal niet ineens als het 9 jaar is zelfstandig met de fiets kunnen.

Verkeersles op school

Verkeers-opvoeding hoort bij de kerndoelen van het basisonderwijs, die in 1998 door het ministerie van Onderwijs zijn vastgesteld. Iedere school vult dat op zijn eigen manier in. Veel scholen doen wel mee met het voorbereiden en uitvoeren van het verkeers-examen in groep 7.

Het is belangrijk dat kinderen kennis wordt bijgebracht van de verkeersregels. Maar het is niet zo dat een kind dat de regels goed kent, zich daar ook naar gedraagt. Daarom is er ook een grote verantwoordelijkheid voor ouders zélf, door veel samen te oefenen.

Gelukkig komt het betere seizoen er al weer aan. Misschien is de voorjaarsvakantie een goede gelegenheid voor ouders en kinderen om lekker veel samen naar buiten te gaan. Vooral als je kind meestal naar school gebracht wordt met de auto, is het goed om eens een extra fietstochtje te plannen. Kies dan niet het park, maar juist wat drukker verkeer.

Andere weggebruikers

Train uw kind ook om aandacht te besteden aan andere weggebruikers. Jonge kinderen letten meer op zichzelf dan op anderen. Maar ze kunnen ook veel minder snel reageren op onverwachte situaties dan volwassenen.

Het is dus goed om ze te leren goed om zich heen te kijken, en te letten op wat andere mensen doen. Vraag bijvoorbeeld wat die auto gaat doen die zijn knipperlicht heeft aangezet. En wat is dat piepende geluid van die stilstaande vrachtwagen voor een signaal?

Kleine mensjes

Houd er rekening mee dat kinderen hun omgeving anders zien dan een volwassene: ze zitten nu eenmaal op een andere hoogte. Obstakels waar een groot mens gewoon overheen kijkt, kunnen voor een kind het totale zicht wegnemen.

Probeer je daarom steeds zoveel mogelijk te verplaatsen in het gezichtspunt van het kind.

Hindernissen

Je kunt samen fietsen voor het leren omgaan met de 'gewone' verkeersregels, maar je kunt de gelegenheid ook gebruiken om ze te laten nadenken over wat er allemaal mis kan gaan. Denk aan weg-omleggingen waardoor je de weg kunt kwijtraken. Of aan een valpartij, waardoor je je bezeert of waardoor de fiets stuk gaat. Wat doe je dan?

Bespreek wat je kind zou doen als hij of zij lastiggevallen wordt door een dronken man, of door een bedelende junk, maar ook als iemand je staande houdt om naar de weg te vragen. En wat doet je kind als hij onderweg iets ernstigs ziet, zoals een ongeluk, of een gewelddadigheid?

Zo zijn er vele situaties te bedenken die hindernissen kunnen opleveren waardoor het kind zich niet van de wijs moet laten brengen. Als je als ouder dit leerproces een beetje stuurt, kun je zelf ook meer vertrouwen hebben in je kind. Je ziet dan zelf snel genoeg of je kind voldoende street wise is om het te kunnen loslaten op straat.

Tips

De ANWB geeft een folder uit met een fietsparcours, getiteld Trapvaardig. De folder kan telefonisch worden aangevraagd:

ANWB

070 - 314 72 49

of 070 - 314 72 87.

Ook 3VO (voorheen Veilig Verkeer Nederland) heeft veel ondersteunings-materiaal, zoals spelletjes voor op straat, met het thema 'verkeer' (onder de titel Zoef en de wandelende zebra, voor ongeveer 3 euro):

3VO

tel. 035 - 524 88 00

of www.3vo.nl

Als het regent

Ook als het regent zijn er leuke spelletjes om kinderen 'op het droge' meer bewust van het verkeer te maken. Zo is er het bekende domino met verkeersborden, of een memory-spel met verkeerssituaties.

3VO geeft een spelletje uit dat niet alleen leerzaam is, maar dat door zijn eenvoud ook erg grappig is. Het zijn hilarische toestanden waarbij fietsers gecrasht worden door vrachtwagens, maar toch – of juist daardoor – vinden kinderen (vanaf 6 jaar) het leuk en uitdagend. Het spel is aan te vragen op CD-rom tegen verzendkosten, maar ook te downloaden van de 3VO-site (via de keuzes 'kinderen' en 'vangrootgewicht') of rechtstreeks via het domein 'vangrootgewicht': www.vangrootgewicht.nl.

Binnenkort komt er ook een mooie CD-rom uit met verkeersspelletjes van Lannoo (onze favoriete uitgever van CD-roms). We houden u op de hoogte.

Praktische tips om te oefenen met de fiets

Hieronder geven we u acht praktische tips:

1. Zorg voor een veilige fiets.

Een te grote of een te kleine fiets is gevaarlijk. Let erop dat de remmen en de lichten goed werken, en dat de banden hard zijn. Zorg er ook voor dat er niets los zit. Bij de verkeersveiligheids-organisatie 3VO kunt u folders aanvragen over veilige fietsen:

3VO

www.3vo.nl

tel. 035 - 524 88 00

2. Stimuleer het kind om met de fiets te spelen op veilige plekken.

Denk bijvoorbeeld aan een leeg parkeerterrein, een schoolplein, een woonerf, of een bestraat gedeelte in een park. Voor oudere kinderen kun je een fiets-parcours opzetten. Suggesties hiervoor publiceren we binnenkort, in Deel 3 van deze reeks.

3. Oefen met het kind op veilige plekken de basisvaardigheden.

Besteed in ieder geval aandacht aan:

  • lopen naast de fiets
  • de fiets pakken en wegzetten
  • opstappen en afstappen
  • sneller en langzamer fietsen
  • plotseling afremmen
  • koers houden
  • bochten maken
  • met één hand fietsen
  • ver vooruit kijken
  • links en rechts kijken
  • achteruit kijken.

4. Ga niet het verkeer in als het kind nog moeite heeft met de basisvaardigheden.

De basisvaardigheden (zie tip 3. hierboven) zijn letterlijk basisvaardigheden. Ga pas het verkeer in als het kind ze allemaal beheerst.

5. Als het kind de fiets voldoende beheerst, kunt u op rustige wegen met uw kind gaan fietsen.

Zorg dat u uw kind kunt blijven zien:

  • laat het kind aan de binnenkant fietsen
  • of laat het kind voor u fietsen.

6. Leer uw kind een noodstop te maken.

Uw kind kan nog heel impulsief zijn en onverwachte dingen doen. Leer het om een noodstop te maken. Als u "Stop" roept, moet het kind direct naar de rechterkant van de weg gaan, snel remmen, en pas als de fiets helemaal stilstaat de voeten op de grond zetten.

7. Laat zien hoe gevaarlijk het is als de bagage niet goed vastzit.

Bespreek wat er gebeurt als er dingen tussen de spaken komen. Laat het effect daarvan zien, bijvoorbeeld met een afgedankte jas.

8. Doe zelf een opfris-les verkeersregels.

Het is helemaal niet gek dat ouders de verkeersregels niet meer precies weten. Het is echter niet moeilijk om uzelf bij te spijkeren. Elke provincie geeft brochures uit waarin het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens staat beschreven.

Zo is het boekje Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens van de politie Haaglanden aan te vragen bij de provincie Zuid-Holland. Voor de inwoners van die provincie is het materiaal dan gratis. Anderen betalen een kleine bijdrage. Bestellen kan in dit geval bij POV (Provinciaal Orgaan Verkeersveiligheid – Zuid-Holland) via [email protected]. Vermeld in de subject-regel rvv-boekje. Het boekje is gratis voor inwoners van Zuid-Holland; anderen betalen EUR 1,15. Ook aan te vragen is een poster met verkeersborden (gratis voor inwoners van de provincie Zuid-Holland, anders EUR 0,60).