2 april 2020 door Julia Vriends

Raneem

Tijdens een herdenking van omgekomen bootvluchtelingen in de Middellandse Zee leerden we Raneem kennen. We hadden haar en haar familie al eerder gezien bij mijn zus thuis, maar dit keer kwam ze dichterbij. Ze hield een toespraak op de bijeenkomst en sprak daar over haar thuis, haar dromen, de dromen van haar gezin en hun vlucht naar Nederland waar ze met een hele zware start het leven opnieuw zijn gaan oppakken.

Raneem is in Nederland met haar zusjes Mais en Mira, haar broer Rami, haar vader Ahmad en haar stiefmoeder Alá. Na de indrukwekkende herdenking gingen we met een grote groep eten in het Syrisch restaurantje vlakbij Den Haag Centraal.

Mais merkte op dat Roosje zowel Dagmar als mij mama of mami noemde en ze zei dat ze er nu niets meer van snapte. Iedereen lachte hard. Shahira die er ook bij was legde uit dat we alle twee de moeders zijn. Mais liet het heel even bezinken maar wilde toen toch wel beter begrijpen hoe het zat, zoiets geks had ze nog nooit meegemaakt: “Je hebt toch ook een vader nodig om een kindje te kunnen maken?”. Iedereen lachte weer. Saar en Roos probeerden het uit te leggen: “Mami en mama zijn door een dokter geholpen om een baby in de buik te krijgen”. We vroegen Raneem en haar familie hoe dit voor hen is. Ze vertelden dat wat hun betreft iedereen zelf mag weten hoe ze leven, maar dat ze niemand van zo dichtbij kennen in een vergelijkbare situatie. Dagmar en ik stelden voor om ons boek Saar, Roos en de mama’s aan Raneem (die het gemakkelijkste Nederlands leest) op te sturen.

Een paar weken later zat Raneem bij ons aan tafel. Shahira en ik hadden gekookt. Sara de oppas van Saar en Roos die dezelfde leeftijd heeft als Raneem at ook mee omdat we haar aan Raneem wilden voorstellen. Verder waren Dagmar en de meisjes er natuurlijk ook. Een volle tafel met vertrouwde drukke gezelligheid. Raneem vertelde dat ze het boek had gelezen. Ik vond het toch weer spannend hoe het voor haar zou zijn om zulke intieme kwetsbare verhalen te lezen. Gelukkig gaf ze aan het heel leuk, mooi en ook leerzaam te hebben gevonden. Ze zei dat ze nu nog beter begrijpt hoe bijzonder en tegelijkertijd ook normaal we zijn. ‘En,’ zei ze terwijl ze de spelden uit haar hoofddoek haalde, ‘ik realiseerde me dat het leuke van jullie situatie is dat ik bij jullie mijn hoofddoek af kan doen!’ Saar en Roos hielden vol spannende verwachting hun adem in. Daarna een verwonderde ‘oooooohhhhhh’ betoverd door de glanzende rapunzel lange haren van deze dappere, veerkrachtige, open vrouw.

 Dankjewel Raneem, welkom bij Saar, Roos en de mama’s!